444 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `ko`
- dat is een waarheid als een koe (=dat is overduidelijk waar)
- dat is koren op zijn molen (=hij zal dat meteen gebruiken als argument voor wat hij toch al wilde)
- dat is lariekoek (=dat heeft iemand verzonnen)
- dat komt als eb en vloed. (=het komt en gaat, het wisselt)
- dat komt als mosterd na de maaltijd (=dat komt op een moment dat het geen nut meer heeft)
- dat raakt mijn koude kleren niet (=ergens niets mee te maken hebben en zich niet voor interesseren)
- de aardappelen komen niet voor de eikenblaren (=boerenregel. De aardappelplant begint te groeien als de eik in het blad komt)
- de boon van de koek gekregen hebben (=geluk gehad hebben)
- de boter alleen op zijn koek willen hebben (=de anderen niets gunnen - zelf alles willen hebben)
- de bout op de kop krijgen. (=een geschil verliezen)
- de broodkorf hoger hangen. (=bezuinigen)
- de dingen op hun kop zetten (=de dingen verkeerd of omgekeerd bekijken)
- de druiven zijn zuur (zei de vos maar hij kon er niet bij) (=van iets dat men niet krijgen kan, zeggen dat men het niet wil)
- de gaande en komende man (=iedereen die komt opdagen)
- de haring over de kop varen (=het doel voorbijschieten)
- de huid van de beer niet verkopen voor hij geschoten is (=je moet niet al willen genieten van wat men nog niet verworven heeft)
- de keel kost veel (=herhaalde dronkenschap leidt tot armoede)
- de koe bij de horens vatten (=met de lastige zaak beginnen)
- de koe is vergeten dat hij kalf geweest is. (=zeurende ouderen vergeten dat ze vroeger ook wild waren)
- de koe trekt de melk op. (=je krijgt niet wat je verwachtte)
- de koe van de pastoor eet iedere dag mals gras (=wie trouw is aan machtige mensen, heeft een heerlijk leven)
- de koek is op (=het maximaal haalbare is bereikt, meer zit er niet in)
- de koekoek en de sijs hebben niet dezelfde wijs. (=iedereen is anders)
- de kogel door de kerk laten gaan (=de beslissing nemen)
- de kolf naar de bal werpen (=het opgeven)
- de koning gezien hebben (=dronken zijn)
- de koning te rijk zijn. (=bijzonder gelukkig zijn)
- de koninklijke weg bewandelen (=eerlijk zijn)
- de kont tegen de krib gooien (=weerspannig zijn)
- de kool en de geit sparen (=een oplossing vinden waar beide partijen tevreden mee kunnen zijn)
- de koorts/stuipen op het lijf jagen (=doen schrikken)
- de kop in het zand steken (=doen alsof er geen gevaar dreigt en er niets aan doen)
- de kop is eraf (=er is een begin gemaakt)
- de kop van jut (=het slachtoffer, het zwarte schaap)
- de koperen ploert (=de zon)
- de koppen bij elkaar steken (=overleggen)
- de kost gaat voor de baat uit (=eerst moeten er kosten worden gemaakt alvorens men er iets aan verdienen kan)
- de kou is uit de lucht. (=het is opgelost)
- de kraag kosten (=ergens bij om het leven komen)
- de liefde kan niet van één kant komen (=als je samen iets doet zal ieder moeten bijdragen)
- de maan komt al door de bomen/wolken (=gezegd van iemand die kaal begint te worden)
- de spijker op de kop slaan (=de kern van de zaak benoemen)
- de stoom komt uit zijn oren (=hij is heel erg boos)
- de vis begint te stinken bij de kop (=het loopt het eerst mis bij de leiding)
- denken met kousen en schoenen in de hemel te komen (=denken dat men zich niet moet inspannen)
- door de achterdeur weer binnenkomen (=onverwacht terugkomen op een afgeronde situatie)
- door de kajuitsramen aan boord komen (=onmiddellijk bevelhebber worden, zonder eerste ondergeschikte te zijn geweest)
- door het kluisgat aan boord komen (=de lagere rangen doorlopen alvorens bevelhebber te worden)
- een adder aan zijn borst/boezem koesteren (=iets doen voor een ondankbaar iemand)
- een blinde kip vindt ook nog wel eens een graankorrel. (=zelfs iemand die niet erg intelligent is heeft soms geluk en doet iets goed)
422 betekenissen bevatten `ko`
- dat raak je aan de straatstenen niet kwijt (=dat is niet te verkopen)
- dat is schering en inslag (=dat komt bijzonder vaak voor [onderdelen van een weefgetouw])
- dat zit gebeiteld (=dat komt in orde)
- dat komt als mosterd na de maaltijd (=dat komt op een moment dat het geen nut meer heeft)
- dat zit wel snor (=dat komt wel goed)
- dat is een klontje boter uit zijn pap (=dat kost een flink deel van zijn fortuin)
- een bodemloze put (=dat kost ontzettend veel geld)
- daar moet de schoorsteen van roken (=dat moet de inkomsten voortbrengen. Daar moeten we van bestaan)
- er zal geen haan naar kraaien (=dat zal niemand te weten komen)
- de boer op gaan (=de (niet-fysieke) markt opgaan om iets te verkopen / verdwalen / de stad verlaten)
- de aanval bloedt dood (=de aanval komt geleidelijk uit op een mislukking)
- als de vis goedkoop is stinkt ze (=de herkomst ergens van is niet te vertrouwen)
- bomen ontmoeten elkaar niet, mensen wel (=de kans dat je iemand toevallig tegenkomt is groot)
- in zijn kraag duiken (=de kraag hoog opzetten tegen de koude)
- ars longo vita brevis (=de kunst blijft lang en het leven is kort)
- de bazuin steken (=de lof verkondigen)
- de groten rijden te paard en de kleinen hangen tussen hemel en aarde. (=de machtige lui leven op kosten van de gewone man)
- met de helm (op) geboren zijn (=de toekomst kunnen voorspellen / bijzonder voorzichtig zijn)
- de kaart leggen (=de toekomst voorspellen)
- je planeet lezen (=de toekomst voorspellen)
- het water komt op de dijk. (=de tranen komen op)
- de vrucht der ervaring rijpt niet aan jonge takken (=de verstandigste opmerkingen komen van oudere mensen)
- olie drijft boven (=de waarheid komt aan het licht)
- alles komt uit al moesten de kraaien het uitbrengen (=de waarheid komt altijd uit)
- de raven zullen het uitbrengen (=de waarheid komt hoe dan ook aan het licht)
- de kraaien zullen het uitbrengen (=de waarheid zal aan het licht komen)
- uit dezelfde klei gebakken zijn (=dezelfde afkomst hebben)
- sijmen betaalt (=diegene die het minste verdient draagt de kosten)
- voorzichtigheid is de moeder der wijsheid (=doe het voorzichtig, dan komt er geen schade)
- in het gevlij komen (=doen wat iemand graag ziet om in de gunst te komen)
- een zware pijp roken (=door eigen schuld in moeilijkheden komen)
- door vragen wordt men wijs (=door het stellen van vragen kun je veel te weten komen en veel kennis opdoen)
- de regen schuwen en in de sloot vallen (=door iets onaangenaams te ontwijken in nog groter problemen komen)
- voorkomen is beter dan genezen (=door voorzichtig te zijn kun je problemen en ongelukken voorkomen)
- alleen een piepend wiel krijgt olie (=door zich opvallend te gedragen bekomt men aandacht)
- met een nat zeil thuiskomen (=dronken thuiskomen)
- in de papieren lopen (=duur uitkomen, veel geld kosten)
- een eed met boter bezegeld. (=een belofte zonder echte intentie om de belofte na te komen)
- een papieren zoldertje (=een dunne ijskorst)
- een uil zijn (=een dwaas zijn, een stomkop zijn)
- goed bloed kan niet liegen (=een edele afkomst wordt altijd opgemerkt)
- een koopman een loopman. (=een goede verkoper gaat bij zijn klanten langs)
- het is kruis of munt, zei de non en ze trouwde de bankier (=een keuze voor het materiële kan ten koste gaan van het spirituele)
- niet het zout op zijn patatten verdienen (=een klein inkomen hebben)
- een blauwe boon (=een kogel)
- een tukje doen (=een kort middagslaapje)
- de bom is gebarsten (=een langdurige spanning of conflict is tot een uitbarsting gekomen)
- eerlijk duurt het langst (=een leugen komt op den duur altijd uit, maar de waarheid blijft altijd waar)
- mosterd na de maaltijd (=een oplossing die te laat komt)
- op oud ijs vriest het licht (=een oude kwaal komt gemakkelijk weer boven)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen