98 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `en en`
- iets wikken en wegen (=erg lang over iets nadenken en alle voors- en tegens afwegen)
- ik wil hogerop, zei de jongen en hij kwam aan de galg. (=bereik je doel op een eerlijke manier)
- in geuren en kleuren (=tot in de fijnste details)
- in het schuitje zitten en mee moeten varen (=mee moeten doen, zich niet meer kunnen terugtrekken)
- in kannen en kruiken zijn (=alles is geregeld)
- je groen en geel ergeren (=je heel erg ergeren aan iets of iemand)
- je hebben en houwen verliezen (=alles wat iemand bezit kwijtraken)
- je hebt luxe paarden en werkpaarden (=niet iedereen heeft dezelfde positie, de een moet harder of zwaarder werken dan de ander)
- je hebt luxe paarden en werkpaarden. (=je hebt rijke en arme mensen)
- je tussen hangen en wurgen bevinden (=je in gevaarlijke en moeilijke omstandigheden bevinden)
- Keulen en Aken zijn niet op een dag gebouwd (=grote projecten kosten tijd (en vergen geduld))
- kinderen en dronkaards spreken de waarheid (=ze zeggen wat ze vinden, ze zijn ongeremd)
- klauwen en nagels hebben (=zich kunnen verdedigen)
- koffen en smakken zijn waterbakken (=dat soort dingen kan veel doorstaan)
- kunnen lezen en schrijven (=al lange tijd goede diensten bewezen hebben)
- kunnen maken en breken (=er veel macht over hebben)
- kunnen zakken en verkopen (=in handigheid ver overtreffen)
- leeuwen en beren op de weg zien (=bezwaren zien)
- leven als vrienden en rekenen als vijanden (=vriendelijk met elkaar omgaan uit een soort van formaliteit maar eigenlijk helemaal niet zo op elkaar gesteld zijn)
- leven en laten leven (=iemand of iets z`n gang laten gaan en niet mee bemoeien)
- met horten en stoten (=langzaamaan, met veel onderbrekingen)
- met passen en met meten wordt de meeste tijd versleten (=voorbereidingen zijn dikwijls het meest tijdrovend onderdeel van een taak)
- met vallen en opstaan (leren) (=door mislukkingen leren)
- niets dan wonden en builen zoeken (=altijd willen vechten)
- nieuwe bezems vegen schoon, maar oude bezems kennen alle hoeken en gaten (=nieuwe medewerkers (of: nieuwe leiders) pakken de zaken grondig aan, maar oude medewerkers (of: oude leiders) weten hoe het moet op grond van ervaring)
- ogen van achteren en van voren hebben (=alles goed in de gaten houden)
- op een schoen en een slof aankomen (=niets hebben en ergens komen)
- opzitten en pootjes geven (=zich onderwerpen aan een verplicht gesprek)
- pappen en nathouden (=situatie min of meer ongewijzigd te laten zonder een beslissing te nemen of daadwerkelijk een probleem op te lossen)
- platvis eet je met de ramen open en rondvis met de ramen dicht (=m.a.w. platvis is een zomervis en rondvis is in de winter op z`n best)
- rapen en schrapen (=geld bijeenbrengen)
- rijden en omzien (=verderdoen maar ook opletten)
- schrijven en wrijven (=een pennenstrijd voeren)
- steen en been klagen (=constant en hevig klagen. (klagen bij alles wat heilig is, bv. botten (=been) in een graf (=steen)))
- steen en been vriezen. (=heel hard vriezen (alles wordt zo hard als steen en botten))
- te haaien en te draaien lopen (=doelloos ronddwalen)
- te weinig om te leven en te veel om te sterven (=een te kleine aalmoes)
- ter wereld is er geen dodelijker venijn, dan vriend te schijnen en vijand te zijn (=hoed je voor onoprechte vrienden)
- uit alle hoeken en gaten (=van alle kanten)
- van twaalf ambachten en dertien ongelukken zijn (=telkens ander werk doen maar er bij geen van allen iets terecht brengen)
- veel beloven en weinig geven, doet de gek in vreugde leven (=veel mensen zijn al blij met een belofte en geloven alles)
- veel haken en ogen (=veel problemen)
- veel vijven en zessen hebben (=veel bezwaren hebben)
- voor stoelen en banken praten (=maar weinigen die naar iemands verhaal luisteren)
- vrouwenhanden en paardentanden staan nooit stil. (=een vrouw is altijd wel wat aan het doen)
- wat baten kaars en bril als de uil niet zien en lezen wil (=het is vruchteloos iemand te willen voorlichten als hij dat niet wil)
- wat baten kaars of bril, als de uil niet zien en wil. (=gezegd als een koppig iemand advies of hulp negeert)
- zwijgen en denken zal niemand krenken. (=denk na voor je iets zegt wat pijn kan doen)
151 betekenissen bevatten `en en`
- de eerste viool spelen (=het hoogste woord hebben en de baas spelen)
- het leven is net een krentenbol, met af en toe een hard stukje (=het leven is niet een en al geluk maar kent soms ook tegenslag)
- het zal me worstwezen (=het maakt voor mij geen enkel verschil)
- de wijde wereld intrekken (=het verkennen van nieuwe plaatsen, ervaringen en mogelijkheden buiten het vertrouwde)
- de Hebreeërs bouwden het, maar de Egyptenaren hebben het. (Exodus 1:11-14) (=het vuile werk door anderen opknappen en het resultaat zelf pakken)
- het ene oor in, het andere weer uit (=het wel horen en meteen weer vergeten)
- al vaak met dat bijltje gehakt hebben (=het werk al vaker gedaan hebben en weten hoe het moet)
- elk huisje heeft z`n kruisje (=ieder gezin heeft eigen zorgen en problemen)
- iemand op het matje roepen (=iemand bij zich laten komen en om uitleg vragen waarom iets zo gedaan is)
- iemand de stuipen op het lijf jagen (=iemand erg laten schrikken en/of bang maken)
- voor iemand in het krijt treden (=iemand helpen en verdedigen)
- iemand op de pijnbank leggen (=iemand het moeilijk maken en daarmee dwingen iets te doen)
- iemands bloed wel kunnen drinken (=iemand niet mogen en daardoor alles doen om die persoon te hinderen)
- iemand geen haarbreed in de weg leggen (=iemand op geen enkele manier ergens mee hinderen of tegenhouden)
- iemand voor vol aanzien (=iemand serieus nemen en respecteren.)
- op de proppen helpen (=iemand steunen en verder helpen)
- iemand van het kastje naar de muur sturen (=iemand voor niets heen en weer laten lopen)
- je gal spuwen/uitbraken (=iets afkeuren en dat duidelijk laten merken)
- vaste voet aan de grond krijgen (=iets gedaan krijgen en/of als gebruikelijk beschouwd gaan worden)
- er een halszaak van maken (=iets heel erg aantrekken en ernstig nemen)
- er op gebrand zijn (=iets heel erg fijn vinden en er naar streven)
- er de balen van hebben (=iets niet meer leuk vinden en willen dat het stopt)
- iets met de mantel der liefde bedekken (=iets niet met anderen bespreken maar stilzwijgen en accepteren)
- iets soldaat maken (=iets openmaken en helemaal opeten)
- een heilige koe (=iets waar je niet aan mag komen en zuinig op bent, voor sommige mensen is dat bijv. een auto)
- dat zal hem niet glad zitten (=iets zal niet meevallen en moeilijk zijn)
- als een nachtkaars uitgaan (=in een gestaag tempo minder worden en eindigen)
- geen strobreed in de weg leggen (=in geen enkel opzicht hinderen)
- aan het vinkentouw zitten (=in spanning iets afwachten en graag door willen)
- je met hand en tand verzetten (=je heftig verzetten en er alles aan doen om het niet te laten doorgaan)
- het ijzer smeden als het heet is (=je moet op het juiste moment de kansen grijpen en dingen doen)
- een mens moet werken voor de brok en voor de rok. (=je moet werken om te kunnen eten en kleding te kunnen kopen.)
- zo gesloten zijn als een oester (=je mond niet opendoen en een geheim bewaren)
- iemand beest maken (=kaartspel : zorgen dat iemand geen enkele slag haalt)
- tel uit je winst (=kijken en doen waar je het meeste voordeel bij hebt, `zie je wel!`)
- het roer in handen hebben (=leiding geven en door moeilijke tijden heen komen)
- de darmen zalven. (=lekker eten en drinken.)
- omstaan leren (=leren schikken naar de wensen en bevelen van een ander)
- je mond voorbij praten (=meer zeggen dan dat er gezegd mag worden en/of het verklappen van een geheim)
- je licht niet onder de korenmaat zetten (=meespreken, je mening geven en laten merken dat je er iets van weet)
- wie staat ziet toe dat hij niet valle (=mensen die alles denken te weten of kunnen, moeten zelf maar oppassen voor fouten en problemen)
- als bijen naar de honing komen (=met velen komen en sterk gemotiveerd zijn)
- met een goed geloof en een kurken ziel drijft men de zee over (=met vertrouwen en optimisme kan men alles aan)
- het eind zal de last dragen (=moeilijkheden en problemen komen vooral als het werk bijna af is)
- het staal wordt in de wind gehard. (=moeilijkheden en tegenslagen kunnen je sterker maken)
- te goeder trouw (=naar beste weten en eerlijk handelend)
- iemand te woord staan (=naar iemand luisteren en uitleg geven)
- hard tegen hard gaan (=niemand die wil toevoegen en er beide voor gaan om te winnen)
- verstand op nul zetten (=niet nadenken en gewoon handelen.)
- op je lauweren rusten (=niets doen en genieten van de vrije tijd)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen