263 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `voor`
- aan de voorhand zijn/zitten (=voorrang hebben)
- aan een balk, die uit het bos gehaald wordt, moet veel gehakt worden, voor hij in het huis past (=in een religieuze groep, vereniging, etc,: je kunt leden uit een gemeenschap winnen, maar hun moet wel geleerd worden zich aan te passen)
- aan zijn eerste leugen niet gebarsten en voor zijn tweede niet opgehangen zijn (=een grote leugenaar zijn)
- al voor heter vuren gestaan hebben (=er erger meegemaakt hebben)
- als de dood zijn voor iets (=heel erg bang zijn voor iets)
- als het regent in mei, is april voorbij (=spreekwoord dat de spot drijft met spreekwoorden die open deuren intrappen)
- als je alles van tevoren weet, ga je liggen voor je valt (=het heeft geen zin zich na afloop te beklagen over gebrek aan voorkennis. (Meestal in antwoord op klachten als `Als ik dat van tevoren geweten had.`))
- als jut voor de haakmand staan (=beteuterd, triest)
- als sneeuw voor de zon verdwijnen (=ergens niets van over blijven)
- appelen/knollen voor citroenen verkopen (=oplichten, bedriegen)
- appels voor citroenen verkopen (=iemand oplichten.)
- arbeid is voor de dommen. (=gezegd als je liever op twijfelachtige wijze geld verdient dan op een eerlijk manier)
- bang voor zijn hachje zijn (=weinig durven en bang zijn om gevaar te lopen)
- bang zijn voor zijn eigen schaduw (=overdreven bang zijn)
- beter één ezel voor de ploeg dan twee paarden op stal. (=kiezen voor zekerheid.)
- dat is algabra voor hem. (=daar snapt hij niets van.)
- dat is alleen voor pater en mater en niet voor het hele convent (=dat is voor jou te hoog gegrepen)
- dat is een bal voor open doel (=dat is een opmerking waar een zeer voor de hand liggend weerwoord op gegeven kan worden)
- dat is kaviaar voor hen (=dat is onbereikbaar voor hen)
- dat is Latijn voor mij (=dat begrijp ik niet)
- dat is nog van voor de zondvloed (=dat is al heel oud)
- dat was Grieks voor hem (=dat begreep hij niet)
- de aardappelen komen niet voor de eikenblaren (=boerenregel. De aardappelplant begint te groeien als de eik in het blad komt)
- de ene bedelaar ziet de andere niet graag voor de deur staan (=men is bang voor concurrentie)
- de hond de jas voorhouden (=iemand valse hoop geven op iets dat hij graag wil hebben)
- de huid van de beer niet verkopen voor hij geschoten is (=je moet niet al willen genieten van wat men nog niet verworven heeft)
- de kastanjes voor iemand uit het vuur halen (=voor iemand anders het gevaarlijke werk of een lastig klusje doen)
- de kost gaat voor de baat uit (=eerst moeten er kosten worden gemaakt alvorens men er iets aan verdienen kan)
- de muizen sterven er voor de kast (=het is er armoe troef)
- de ogen voor iets sluiten (=oogluikend toelaten)
- de pastoor gaat voor en de dominee loopt met hem mee (=altijd eerst de machtige mensen, dan de mindere mens)
- de vlag voor iemand strijken (=voor iemand onderdoen, zijn meerdere erkennen)
- de voorsten doen wat de achtersten niet mogen (=wie eerst komt is in het voordeel)
- de weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens (=veel goede voornemens hebben zonder ze daadwerkelijk uit te voeren)
- de wil voor de daad nemen. (=waarderen dat het goed bedoeld is ook al pakte het anders uit)
- die in het voorjaar niet zaait, in het najaar niet maait. (=als je jong bent moet je sparen voor je eigen oude dag)
- die is niet voor de poes (=die moet als tegenstander niet onderschat worden)
- doekje voor het bloeden (=een schrale troost, of een ontoereikende, slechts symbolische maatregel)
- een (goede) neus voor iets hebben (=precies aanvoelen hoe iets moet of gaat)
- een antenne hebben voor iets (=iets goed aanvoelen)
- een appeltje voor de dorst (=een reserve voor moeilijke tijden die mogelijk nog gaan komen)
- een bord voor de kop hebben (=niet voor andere zienswijzen openstaan)
- een dag voor de prins. (=een verloren dag.)
- een gewaarschuwd mens telt voor twee (=iemand die vooraf weet wat er fout kan gaan moet zich er maar op voorbereiden)
- een goed woord voor iemand doen (=iemand bij een ander aanbevelen)
- een kaars voor de duivel branden (=slechte daden goedpraten omdat er je er voordeel uit kan halen)
- een kruisje is genoeg voor een boterham uit het vuistje (=voor een gewone broodmaaltijd moet niet te veel gebeden worden)
- een lans breken voor iemand (=het voor iemand opnemen, voor iemand de best doen diegene ergens mee te helpen iets te verkrijgen)
- een mens moet werken voor de brok en voor de rok. (=je moet werken om te kunnen eten en kleding te kunnen kopen.)
- een mooi span voor een bokkenwagen (=een zonderling koppel)
556 betekenissen bevatten `voor`
- het licht zien (=1: begrijpen wat men daarvoor nog niet begreep 2: geboren worden, ontstaan)
- aan de veren kent men de vogel (=aan het uiterlijk (verzorging/kleding) kun je zien met wat voor iemand je te maken hebt)
- bij iemand nog wel kunnen schoolgaan (=aan iemand nog een voorbeeld kunnen nemen)
- op de grote trom slaan (=aandacht proberen te krijgen voor diens zaak)
- de barricades opgaan (=actie voeren om iets voor elkaar te krijgen of juist tegen te houden)
- het lood al in de bil hebben (=al gestraft zijn voor iets. (geschoten zijn met een loden kogel))
- op je hoede zijn (=alert en voorzichtig zijn.)
- vroeg opstaan (=alert zijn voor bedrog)
- in de lucht zitten (=algemeen voorkomen)
- voor Sinterklaas spelen (=alle wensen vervullen, alles voor iedereen betalen)
- de Mammon dienen (=alleen maar belangstelling hebben voor geld)
- om den brode doen (=alleen werken voor het geld en niet omdat het werk fijn/leuk is)
- je uitkleden voor men naar bed gaat (=alles weggeven voor men sterft)
- waar aas is vliegen kraaien (=als er iets te halen valt staat iedereen vooraan)
- als je geschoren wordt, moet je stilzitten (=als er scherpe kritiek op je is (je wordt geschoren), kun je beter rustig wachten tot het voorbij is, in plaats van erop in te gaan)
- dan moet de wal het schip maar keren (=als iemand niet vooraf rekening houdt met een naderend probleem, dan moet het probleem maar daadwerkelijk in volle omvang ontstaan, en dan alsnog worden opgelost)
- een vliegende kraai/vogel vangt/vindt altijd wat (=als je er maar op uit gaat, vind je altijd wel wat in je voordeel)
- wie scheep is moet varen (=als je ergens aan begonnen bent moet je er mee voortdoen)
- gaan doet komen (=als je ergens moeite voor doet komen dingen ook jouw kant op)
- wie het dichtst bij het vuur zit, warmt zich het meest (=als je ergens nauw bij betrokken bent, geniet je het meeste voordeel ervan)
- wie appelen vaart, die appelen eet (=als je handelt in bepaalde goederen, dan zul je deze zelf waarschijnlijk ook gebruiken. / Iemand die bepaalde werkzaamheden voor een ander moet verrichten, geniet daar doorgaans zelf ook van)
- mejen kan geen paard al lopende beslaan. (=als je het werk goed wil doen, moet je er de tijd voor nemen)
- ongevraagd, ongeweigerd (=als je iets doet waarvoor geen toestemming is gevraagd kan het achteraf niet meer geweigerd worden omdat het al gebeurd is)
- je woorden worden weer thuisgebracht. (=als je iets negatiefs zegt kan dat leiden tot negatieve gevolgen voor jezelf)
- die in het voorjaar niet zaait, in het najaar niet maait. (=als je jong bent moet je sparen voor je eigen oude dag)
- een goed gelaat is de beste geleidebrief. (=als je knap bent krijg je veel voor elkaar)
- waar geen aardappelen gepoot worden, zullen er ook geen groeien (=als je niet een goed begin voor iets legt, zal er ook niets van worden)
- wat het huis verliest, brengt het weer terug (=als men iets in huis zoek maakt, komt het meestal vanzelf weer tevoorschijn)
- men moet de schapen scheren maar niet villen (=als men uit hebberigheid de inkomstenbron opoffert heeft men niets meer voor in de toekomst)
- het is altijd koekoek éénzang (=altijd hetzelfde verhaal vertellen of zelfde voorbeeld geven)
- onder een gelukkig gesternte geboren zijn (=altijd voorspoed hebben en gelukkig zijn)
- in een andere vorm gieten (=anders voorstellen)
- april doet wat hij wil (=april geeft onvoorspelbaar weer)
- te goeder naam en faam bekend staan (=bekend staan voor goede dingen)
- de deksel van de pot aflichten. (=bekendmaken wat voorheen verborgen was)
- het tij wacht op niemand. (=benut kansen voor het te laat is)
- maak je borst maar nat (=bereid je voor op een zware klus (of op veel tegenstand))
- er voor gaan (=besluiten aan een onzekere onderneming te beginnen en zich er volledig voor in te zetten)
- exempli gratia (=bijvoorbeeld)
- verbi gratia (=bijvoorbeeld)
- verbi causa (=bijvoorbeeld)
- doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. (=blijf vooral normaal doen)
- de ogen verblinden (=blind maken voor de waarheid)
- op de boom verkopen (=boomvruchten verkopen voor ze geplukt zijn)
- als een olifant in de porseleinkast (=buitengewoon onvoorzichtig of tactloos)
- dat kan het paard niet trekken. (=daar heb ik onvoldoende geld voor)
- daar valt wel een mouw aan te passen (=daar is wel een oplossing voor te vinden)
- je zegeningen tellen (=dankbaar zijn voor wat men heeft.)
- dat is een paal onder water (=dat brengt meer nadeel dan voordeel)
- ik kijk wel uit (=dat doe ik niet, daar ben ik te voorzichtig voor)
50 dialectgezegden bevatten `voor`
-
veur en nao 't aete kumtj alles inne sjakosj! (=voor en na het eten komt alles in orde!) (Kinroois)
- (h) oet va' woajboomm: uitdrukking door timmerlieden gebruikt voor slecht, minderwaardig hout (=hout van waaibomen) (Klemskerks)
- `Alles met de moate` zee den kleermaker en hé heuw zien wief met de el. (=Overal is een maat voor) (Twents)
- `En aunders ` `Gieen spaunders` (=op de vraag: `hoe gaat het voor de rest met u ` komt het antwoord:`alles gaat goed`) (Lokers)
- ¨doë mauste mene rëg és vür krabbe (=voor zo weinig geld werk ik niet) (Bilzers)
- ''Den dieje bidt allinnig mar vur z'n egge parochie'' (=Alleen voor z'n eigen belang opkomen.) (Waalwijks)
- 'k bèn ies noargeloapen (=voor een korte wijl ergens haastig of al lopende binnenkomen) (Sint-Niklaas)
- 'k loat me gien oor'n aannaai'n (=ik laat me niet voor de gek houden) (Westerkwartiers)
- 'k lus dij wel rauw (=kom maar op, ik ben niet bang voor jou) (Westerkwartiers)
- 'k mos 't veur de helsdeur'n weghoal'n (=ik moest daar bijzonder veel moeite voor doen) (Westerkwartiers)
- 'k sta kik ier (1.) voor pijpe toebak, (2.) zonder verwèr (=ik sta voor schut) (Waregems)
- 'k Stone kik doa mee min klètuoren (=Ik stond daar voor piet snot.) (Zwevegems)
- 'k voag're mijn gat an (=ik weiger om daar nog iets voor te doen) (Waregems)
- 'k zien bliede voe joen (=ik ben blij voor jou) (Veurns)
- 'n boeksken blaadses (=blaadjes voor sigaretten) (Overmeers)
- 'n kat komt altied weer op zien pootjes terechte (=het komt best wel weer voor elkaar hoor) (Westerkwartiers)
- 'n kôw lektj gein vreemdje kaover (=als iemand voor de 2e keer trouwt en er al kinderen zijn) (Weerts)
- 'n schip op 't strand, is 'n boak'n ien zee (=houdt het ongeval van iemand anders voor ogen) (Westerkwartiers)
- 'n seenewoarietsje, 'n tseentewoareke (=kruisje op het voorhoofd voor het slapengaan) (Waregems)
- 'n slag voor je harses (=Draai voor je oren) (Termeis)
- 'n toernee zjinneraol (=rondje voor de hele zaak) (Mestreechs)
- 'n vleegendje krej vingtj mieër as 'n zittendje (=je zult er iets voor moeten doen) (Weerts)
- 't 'n Hee giene noame (=er zijn geen woorden voor) (Lovendegems)
- 't 'n trekt ip nie feele (=het stelt weinig of niets voor) (Waregems)
- 't beste brood lijt veur 't roam (=de verkoopkant ligt voor) (Westerkwartiers)
- 't Book is um gedrage (=Je bent te laat voor het eten) (Mechels (NL))
- 't es in de sacoche (=de zaak is voor mekaar) (Lovendegems)
- 't es in de sakkosj (=da's voor mekaar / de buit is binnen) (Wichels)
- 't Es nie vier de wens, maer vier de cens. (='t is niet voor de wensen, maar voor de centen.) (Genker)
- 't es verloorn ezeid (=niet vatbaar voor goede raad) (Waregems)
- 't Gae nie mi d'n staende waegen (=Het hoeft niet zo vlug, je kunt er de tijd voor nemen) (Zeeuws)
- 't gopt link nen oovn (=dat ligt toch voor de hand) (Waregems)
- 't het niks om 't lief (=het stelt helemaal niets voor) (Westerkwartiers)
- 't het niks omme hakk'n (=het stelt niets voor) (Westerkwartiers)
- 't Is allemoul veur Piet Snot (='t Is allemaal voor niks) (Bevers)
- 't is an Sisen nie bestid (=dat is niets voor Fransis) (Veurns)
- 't is aolt van iet da nen puit geen haor eet (=Er is voor alles wel een reden te vinden) (Bevers)
- 't is e heeël efte (=het stelt niets voor) (Veurns)
- 't Is e heeël'n opraap! (=Ironische uitdrukking voor `weinig`) (Veurns)
- 't is een scheed in de zak (=het is een maat voor niets) (Kaprijks)
- 't Is hee knijns! (=Het is te gek voor woorden / Het is bij de konijnen af!) (Veens)
- 't is kant en kloar (=het is gereed voor gebruik) (Westerkwartiers)
- 't is kort van den enen (=het is kwart voor 1) (Sint-Niklaas)
- 't is mangs klook om oe dom te hoaln (=Het is soms slim om je dom voor te doen) (Twents)
- 't is moa voe d' oardiegied! (='t Is maar voor de leuke kant ervan!) (Veurns)
- 't is mooi west veur vandoag (='t is genoeg voor vandaag) (Westerkwartiers)
- 't is nie vor echt, 't is uut leutns (=het is niet gemeend, 't is voor de lol) (Veurns)
- 't is veur un eps (=voor de knikkers spelen) (Melseels)
- 't kakke komt veur ' t bakke (=gezegde wanneer men liet langer kan wachten voor een toiletbezoek) (Antwerps)
- 't kan weere 'n tuitje vooërt; 't e weere vooër 'n endeke goed (='t is weer voor een tijdje schoon (poetsbeurt) ) (Waregems)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen