de voormiddag

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	['vormɪdɑx, vor'mɪdɑx]
Afbreekpatroon:	voor·mid·dag
Verbuigingen:	voormiddagen (meerv.)

1) eerste gedeelte van de middag

Voorbeeld:

`Zullen we in de voormiddag afspreken, rond een uur of twee?`

2) laatste gedeelte van de ochtend

Voorbeelden:

`morgenvoormiddag`, `Zaterdag in de voormiddag ga ik altijd boodschappen doen.`

ochtend   

• tijd vanaf zonsopgang tot de middag vb: in de voormiddag doen we alvast de boodschappen Synoniemen: morgen ochtend Tegenstelling: avond de eerste uren van de middag vb: we arriveren in de voormiddag, vóór de thee
• 1) Morgen 2) Ochtend 3) Deel van de dag 4) Deel van een dag 5) Deel van een etmaal 6) Voornoen
• eerste helft van de middag
• gedeelte van de dag aan het begin van de middag, dat ongeveer duurt van 12.00 tot 16.00 uur gedeelte van de dag voor het middaguur, in het bijzonder de tijd tussen ongeveer 9.00 en 12.00 uur; periode die het tweede deel van de ochtend beslaat; de latere morgenuren

Toon uitgebreidere definities

• zondagvoormiddag• zaterdagvoormiddag• woensdagvoormiddag• vrijdagvoormiddag• maandagvoormiddag• donderdagvoormiddag• dinsdagvoormiddag

Welke delen van de dag worden met respectievelijk voormiddag en namiddag aangeduid? Zie Voormiddag, namiddag

Is het 'de voormiddag' of 'het voormiddag'?

Het is 'de voormiddag', want voormiddag is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die voormiddag'.

Wat is het meervoud van voormiddag?

Het meervoud van voormiddag is 'voormiddagen'. Eén voormiddag, twee voormiddagen.

Wat betekent voormiddag?

'eerste gedeelte van de middag' en 'laatste gedeelte van de ochtend'

Hoe spel je voormiddag?

voormiddag spel je V O O R M I D D A G

Wat is een ander woord voor voormiddag?

Een ander woord voormiddag is ochtend.

Zoek voormiddag op Woordenlijst.org
Zoek voormiddag op Google
Zoek voormiddag op Wikipedia