spruiten
werkw.
1) (van een plant) uitlopers krijgen | Voorbeeld: | `De plant begint te spruiten.` | |
2) als nageslacht voortkomen (uit iemand) | Voorbeeld: | `in een stamboom een historische persoon laten spruiten uit een domineesfamilie` | |
| Synoniem: | afstammen |
Synoniemen
afkomstig zijn afstammen ontluiken ontspruiten scheuten schoten stammen stekken uitbotten uitschieten uitschieten plantkunde voortkomen voortspruiten 6 definities op Encyclo
- Uit `De lagere vaktalen: De taal der hopkweekers` 1914 d' hop spruiten: ze bespuiten met een zeker vocht om 't zwart te dooden. Zie spruitsel en zwart.
- • [erga] "~ uit": voortkomen of voortvloeien uit.
- 1) Botten 2) Uitschieten 3) Kinderen 4) Scheuten 5) Afkomstig zijn 6) Stammen 7) Kool 8) Stekken 9) Groente 10) Schoten 11) Groente met vitamine C 12) Afstammen 13) Uitlopers krijgen 14) Landbouwgewas 15) Voortkomen 16) Uitlopen 17) Kleine kinderen 18) Ontspruiten 19) Ontluiken 20) Voortspruiten 21) Uitbotten...
- loten vormen; (verouderd) voortspruiten, ontspruiten, spuiten
- loten vormen Jaar van herkomst: 1285 (CG Rijmb. )
Toon uitgebreidere definitiesDeze woorden eindigen op spruiten:
•
voortspruiten•
uitspruiten•
ontspruitenHerkomst volgens etymologiebank.nl
spruiten (loten vormen)Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van spruiten?
De verleden tijd van spruiten is 'sproot'. Het voltooid deelwoord is 'is gesproten'.
Wat betekent spruiten?
'(van een plant) uitlopers krijgen' en 'als nageslacht voortkomen (uit iemand)'
Hoe spel je spruiten?
spruiten spel je S P R U I T E N
Wat is een ander woord voor spruiten?
Andere woorden voor spruiten zijn afkomstig zijn, afstammen, ontluiken, ontspruiten, scheuten, schoten, stammen, stekken, uitbotten, uitschieten, uitschieten plantkunde, voortkomen en voortspruiten.Op andere websites
Zoek
spruiten op Woordenlijst.org
Zoek
spruiten op Google
Zoek
spruiten op Wikipedia