spannen

werkw.
Uitspraak:  [ˈspɑnə(n)]
Afbreekpatroon:  span·nen
Vervoegingen:  spande (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gespannen (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) (van kleren) erg nauw zitten
Voorbeeld:  `Je broek spant op je billen.`

2) (iets) strak trekken
Voorbeelden:  `een snaar spannen`,
`je spieren spannen`

3)
Het spant erom.  (het is erg onzeker of iets net wel goed gaat of net niet)

Zie ook:  span


Synoniemen
aantrekken   erop aankomen   knellen   koppels   opspannen   opwinden   strekken   uitrekken   

Spreekwoorden en zegswijzen
• op gespannen voet (zijn) (=moeilijk met elkaar omgaan, ruzie)
• je moet de snaren niet te sterk spannen (=je moet niet al te streng zijn, niet al te veel eisen)
• in het gareel spannen (=aan het werk zetten)
• het paard achter de wagen spannen (=iets nutteloos doen of verkeerd aanpakken)
• de ossen achter de ploeg spannen (=de zaak verkeerd aanpakken)
Toon alle 7 spreekwoorden die spannen bevatten

11 definities op Encyclo
  • Uit `De lagere vaktalen: Taal van kuipers, klompenmakers en kurkensnijders` 1914 in de bank spannen: den kloef, bij middel van binnenspieën en spanhouten in de bank vastmaken. De kloefen staan dan goed vast en kunnen gemakkelijk bewerkt worden.
  • [Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Spannen``] 1o. Eenen boog S. Zie Boog. 2o. Den haan S. Zie Slot
  • •onder trekkracht brengen. •tweede betekenisomschrijving. •enz.
  • het strak trekken en vastmaken vb: we hebben een lijn tussen de tenten gespannen strak zitten vb: de rok spant om haar billen het spant erom [het is spannend hoe het afloopt]
  • [Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Bargoens), kijken om te luisteren.
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met spannen:
spannend

Deze woorden eindigen op spannen:
aanspannengespannenhooggespanneninspannenontspannenoverspannensamenspannenverspannenuitspannenstrakgespannenopspannenonderspannenomspannenbespannen

Herkomst volgens etymologiebank.nl
  1. spannen (kijken, zien)
  2. spannen (strak trekken, vastmaken aan)


Taaladvies
Waar komt de uitdrukking dat spant de kroon vandaan en wat wordt ermee bedoeld? Zie De kroon spannen

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van spannen?
De verleden tijd van spannen is 'spande'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gespannen'.
Wat betekent spannen?
'(van kleren) erg nauw zitten' en '(iets) strak trekken' en ''
Hoe spel je spannen?
spannen spel je S P A N N E N
Wat is een ander woord voor spannen?
Andere woorden voor spannen zijn aantrekken, erop aankomen, knellen, koppels, opspannen, opwinden, strekken en uitrekken.

Op andere websites
Zoek spannen op Woordenlijst.org
Zoek spannen op Google
Zoek spannen op Wikipedia