schorten

werkw.
Verbuigingen:  schortte
Verbuigingen:  geschort

1) omhoog trekken, korter maken

2) ''schorten aan'': tekortkomen, ontbreken

Zie ook:  schort


Bron: WikiWoordenboek.

Synoniemen
mankeren   schelen   

8 definities op Encyclo
  • mankeren.
  • • [onpr] "~ aan": tekortkomen, ontbreken. • tweede betekenisomschrijving • enz.
  • niet in orde zijn vb: wat is er, wat schort eraan? Synoniem: mankeren
  • 1) Schelen 2) Hinderen 3) Verschuiven 4) Haperen 5) Falen 6) Ontbreken 7) Mankeren
  • het roer met de roerlichter iets op heffen om het met de grondtakels vast te kunnen zetten. Verouderde term die niet specifiek voor de binnenvaart was. Schorten betekende in het algemeen al dingen als een klein eind op tillen en/of buiten werking stellen.
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met schorten:
schorten aan

Deze woorden eindigen op schorten:
opschorten

Herkomst volgens etymologiebank.nl
schorten (ontbreken)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat betekent schorten?
'omhoog trekken, korter maken' en ' ''schorten aan'': tekortkomen, ontbreken'
Hoe spel je schorten?
schorten spel je S C H O R T E N
Wat is een ander woord voor schorten?
Andere woorden voor schorten zijn mankeren en schelen.

Op andere websites
Zoek schorten op Woordenlijst.org
Zoek schorten op Google
Zoek schorten op Wikipedia