oproepen

werkw.

Uitspraak:	[ˈɔprupə(n)]
Afbreekpatroon:	op·roe·pen
Vervoegingen:	riep op (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft opgeroepen (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) (mensen) dringend vragen ergens te komen of iets te doen

Voorbeelden:

`opgeroepen worden voor het schriftelijk examen`, `oproepen tot een boycot`

2) (gevoelens) veroorzaken

Voorbeeld:

`De film speelde in Indonesië en dat riep bij hem herinneringen op aan zijn jeugd in Nederlands-Indië.`

aanmanen   laten komen   ontbieden   opwekken   sommeren   tevoorschijn roepen   

• Uit `De lagere vaktalen: Taal van post-, telegraaf- en telefoonpersoneel` 1914 een geabonneerde oproepen. Een oproepende geabonneerde, oproeplamp, oproepsignaal.
• [Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Oproepen``] Eene of meer ligtingen O., haar aanschrijven, dat zij op een' bepaalden tijd in eene bepaalde plaats aanwezig moeten zijn. Dit geschiedt gewoonlijk door de tusschenkomst der gemeentebesturen, terwijl dan die manschappen in detachementen vereenigd, van de hoof...
• •doen verschijnen.
• bevel of verzoek om ergens naar toe te komen vb: hij werd opgeroepen voor het leger verzoek om contact op te nemen vb: in de krant stond een oproep om mee te doen aan het spel
• (gevoelens) Oproepen (gevoelens) is komen bovendrijven van bepaalde herinneringen. [basiswoordenlijst groep 7]

Toon uitgebreidere definities

Wat is de verleden tijd van oproepen?

De verleden tijd van oproepen is 'riep op'. Het voltooid deelwoord is 'heeft opgeroepen'.

Wat betekent oproepen?

'(mensen) dringend vragen ergens te komen of iets te doen' en '(gevoelens) veroorzaken'

Hoe spel je oproepen?

oproepen spel je O P R O E P E N

Wat is een ander woord voor oproepen?

Andere woorden voor oproepen zijn aanmanen, laten komen, ontbieden, opwekken, sommeren en tevoorschijn roepen.

Zoek oproepen op Woordenlijst.org
Zoek oproepen op Google
Zoek oproepen op Wikipedia