kotsen

werkw.
Uitspraak:  [ˈkɔtsə(n)]
Afbreekpatroon:  kot·sen
Vervoegingen:  kotste (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gekotst (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

de inhoud van je maag weer uitspugen
Voorbeeld:  `moeten kotsen als je te vet gegeten hebt`
Synoniemen:  braken, overgeven
kotsen van  ((iets of iemand) heel vervelend vinden) `Ik kots van die man.`

Zie ook:  kots


Synoniemen
braken   gruwen   overgeven   spugen   spuwen   uitbraken   vomeren   

Spreekwoorden en zegswijzen
• om van te kotsen (=erg lelijk, absoluut onplezierig)
Naar de spreekwoorden

Intensiveringen
Hoe kun je met kotsen een ander begrip versterken?
kotsbeu; kotsmisselijk;

5 definities op Encyclo
  • (Bargoens, 1914) bekennen
  • wat in je maag zit weer naar buiten laten komen vb: ze zóveel gegeten dat ze moest kotsen Synoniemen: overgeven braken spugen
  • 1) Braken 2) Lichaamswerking 3) Balen 4) Spugen 5) Uitbraken 6) Gruwen 7) Spuwen 8) Vomeren 9) Overgeven
  • braken
  • braken Jaar van herkomst: 1562 (Toll. )
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
kotsen (braken)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van kotsen?
De verleden tijd van kotsen is 'kotste'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gekotst'.
Wat betekent kotsen?
'de inhoud van je maag weer uitspugen'
Hoe spel je kotsen?
kotsen spel je K O T S E N
Wat is een ander woord voor kotsen?
Andere woorden voor kotsen zijn braken, gruwen, overgeven, spugen, spuwen, uitbraken en vomeren.

Op andere websites
Zoek kotsen op Woordenlijst.org
Zoek kotsen op Google
Zoek kotsen op Wikipedia