koeioneren

werkw.
Afbreekpatroon:  koe - io - ne - ren
Vervoegingen:  koeioneerde (verl.tijd )
Vervoegingen:  gekoeioneerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

bedillen;
commanderen;
voor gek zetten;
pesten;
plagen
Voorbeeld:  `Ze liet zich niet langer door haar dominante partner koeioneren.`


Synoniemen
commanderen   kwellen   narren   pesten   plagen   sarren   tarten   tergen   treiteren   

3 definities op Encyclo
  • 1) Negeren 2) Narren 3) Pesten 4) Commanderen 5) Bedillen 6) Treiteren 7) Tergen 8) Jennen 9) Judassen 10) Plagen 11) Sarren 12) Kwellen 13) Tarten
  • bedillen Jaar van herkomst: 1682 (WNT )
  • iemand of iets op kleinerende, spottende of plagende wijze behandelen; de baas spelen over iemand, iemand op de kop zitten
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
koeioneren (bedillen)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van koeioneren?
De verleden tijd van koeioneren is 'koeioneerde'. Het voltooid deelwoord is 'gekoeioneerd'.
Wat betekent koeioneren?
'bedillen;
commanderen;
voor gek zetten;
pesten;
plagen'
Hoe spel je koeioneren?
koeioneren spel je K O E I O N E R E N
Wat is een ander woord voor koeioneren?
Andere woorden voor koeioneren zijn commanderen, kwellen, narren, pesten, plagen, sarren, tarten, tergen en treiteren.

Op andere websites
Zoek koeioneren op Woordenlijst.org
Zoek koeioneren op Google
Zoek koeioneren op Wikipedia