aankondigen

werkw.

Uitspraak:	[ˈankɔndəxə(n)]
Afbreekpatroon:	aan·kon·di·gen
Vervoegingen:	kondigde aan (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft aangekondigd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

bekendmaken

Voorbeelden:	`aankondigen dat je je winkel volgend jaar sluit`, `een spreker op een congres aankondigen`, `het volgende nummer aankondigen`
Synoniem:	meedelen

aanduiden   aanstippen   aanzeggen   adverteren   annonceren   bekendmaken   informeren   inluiden   kennisgeven   kennisgeving   kond doen   konde doen   mededelen   meedelen   melden   verwittigen   

• 1) Annonceren 2) Melden 3) Inluiden 4) Bekendmaken 5) Aanmelden 6) Uitroepen 7) Mededelen 8) Meedelen 9) Te kennen geven 10) Zeggen 11) Verwittigen 12) Aanbieden 13) Adverteren 14) Aandienen 15) Aanduiden 16) Aanstippen 17) Voorspellen 18) Berichten 19) Kondoen 20) Aanzeggen 21) Notificeren 22) Kennisgeving

Toon uitgebreidere definities

Wat is de verleden tijd van aankondigen?

De verleden tijd van aankondigen is 'kondigde aan'. Het voltooid deelwoord is 'heeft aangekondigd'.

Wat betekent aankondigen?

'bekendmaken'

Hoe spel je aankondigen?

aankondigen spel je A A N K O N D I G E N

Wat is een ander woord voor aankondigen?

Andere woorden voor aankondigen zijn aanduiden, aanstippen, aanzeggen, adverteren, annonceren, bekendmaken, informeren, inluiden, kennisgeven, kennisgeving, kond doen, konde doen, mededelen, meedelen, melden en verwittigen.

Zoek aankondigen op Woordenlijst.org
Zoek aankondigen op Google
Zoek aankondigen op Wikipedia