Spreekwoorden met `panne`

Zoek

13 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `panne`

  1. bederf geen pannenkoek om een ei (=op kleine dingen bezuinigen kan grotere gevolgen hebben)
  2. de boog kan niet altijd gespannen zijn (=men moet zich soms ook kunnen ontspannen)
  3. de kroon spannen (=het hoogtepunt vormen)
  4. de ossen achter de ploeg spannen (=de zaak verkeerd aanpakken)
  5. de vierschaar spannen. (=een rechtzitting houden. (vierschaar = middeleeuws gerechtelijk bestuur))
  6. een huis met zilveren pannen. (=een huis waar een hoge hypotheek op rust)
  7. een pannetje lusten (=een borrel lusten)
  8. het paard achter de wagen spannen (=iets nutteloos doen of verkeerd aanpakken)
  9. in het gareel spannen (=aan het werk zetten)
  10. je moet de snaren niet te sterk spannen (=je moet niet al te streng zijn, niet al te veel eisen)
  11. onder de pannen zijn (=de (geld)zaken goed voor elkaar hebben)
  12. op gespannen voet (zijn) (=moeilijk met elkaar omgaan, ruzie)
  13. te veel pannen op het dak (=te veel die het kunnen horen)

10 betekenissen bevatten `panne`

  1. op je zenuwen leven (=bijna overspannen geraken)
  2. denken met kousen en schoenen in de hemel te komen (=denken dat men zich niet moet inspannen)
  3. iets in één adem uitlezen (=een boek waaraan je begonnen bent heel snel uitlezen, omdat je het zo spannend vindt)
  4. aan een dood paard trekken. (=je inspannen voor iets, dat tot mislukken gedoemd is)
  5. de boog kan niet altijd gespannen zijn (=men moet zich soms ook kunnen ontspannen)
  6. een boer met kiespijn lacht niet (=mensen met pijn kunnen moeilijker ontspannen)
  7. op je gemak zijn (=ontspannen zijn)
  8. een zweetje op iets halen (=zich ergens fel voor inspannen)
  9. alles op alles zetten (=zich tot het uiterste inspannen om iets te bereiken)
  10. de schouders eronder zetten (=zich voor iets inspannen)

25 dialectgezegden bevatten `panne`

  1. 'n panne heirink (=een pan haring) (Overmeers)
  2. ’t Es beedre ien luis in de panne dan gien vet! (=Beter iets klein dan helemaal niets.) (Evergems)
  3. a ee brauk (=hij staat in panne) (Meers)
  4. brauk emmen (=panne, in panne vallen, mechanisch ongeluk hebben) (Meers)
  5. daaj jing fraete de panne van het daok (=die kinderen hebben altijd honger) (Munsterbilzen - Minsters)
  6. dae geet noë KERNISJ, das kot bij DE panne (=hij gaat nooit op reis) (Munsterbilzen - Minsters)
  7. Dao haeve zich de panne dao is vuur i g'n daak (=daar is een hevige woordenwisseling gaande daar is ruzie) (Mechels (NL))
  8. daor doede nie veul panne van op ut vuur (=dat levert nog niet veel op) (Oudenbosch)
  9. de panne vannët daok zinge (=een geweldige stem hebben) (Munsterbilzen - Minsters)
  10. de panne vant daok aete (=de grote slokop zijn) (Munsterbilzen - Minsters)
  11. de pannë vant daok spieëlë (=het beste van zich laten zien) (Munsterbilzen - Minsters)
  12. dië goa noar korniesj da ligt dicht tege de panne (=iemand die niet op reis gaat) (Antwerps)
  13. dow bis zeek in de kop / of dow hes un rij panne los (=Jij bent ziek in je hoofd!) (Sevenums)
  14. Hi-j het nie alle panne op ‘t dak (=Hij is niet goed bij zijn hoofd, hij is een beetje gek) (Achterhoeks)
  15. ich goën noeë roendhauzen, koot kornisj en dat lik onder de panne (=ik ga nooit op reis, ik blijf thuis!) (Munsterbilzen - Minsters)
  16. Ij bin den éele middag onder de panne (=Je bent de hele middag bezig.) (Zeeuws)
  17. Ij is met vis bakk'n de panne uut a sprung'n (=Hij is een bijzondere man) (Hattems)
  18. jeetr e panne van gèt (=hij kreeg veel slagen) (Kortemarks)
  19. jis zn panne ofgekuust (=hij is vertrokken) (kortemarks)
  20. kbein maor en alve panne (=zich niet goed voelen) (Gents)
  21. Oe eun a've panne voe'en. (=Je niet zo goed voelen.) (Maldegems)
  22. owve panne liuëbm (=niet in topvorm zijn) (Kaprijks)
  23. t is zo pot zo panne (=twee die die op elkaar lijken) (Zeeuws)
  24. Vrouldje-emancipatie hiltj op es ze mètte wage in pan valle! (=Vrouwen-emancipatie houdt op wanneer ze met de wagen in panne vallen!) (Kinroois)
  25. wat un panne eiers (=wat een bende) (Zeeuws)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen