Spreekwoorden met `laag`

Zoek

6 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `laag`

  1. de volle laag krijgen (=alles over zich heen krijgen)
  2. een laag profiel houden (=zich niet laten opmerken)
  3. in de laagte zijn (=in armoedige toestand verkeren)
  4. laag bij de grond (=oneerlijk, unfair)
  5. spijkers op laag water zoeken (=uitermate achterdochtig zijn, onprettige opmerkingen maken over onbelangrijke zaken)
  6. wie hoog klimt kan laag vallen (=belangrijke zaken snel kwijt raken door kleine dingen)

10 betekenissen bevatten `laag`

  1. wie kaatst kan/moet de bal verwachten (=als je een ander plaagt, kun je verwachten dat die jou terug gaat plagen)
  2. bij kris en kras volhouden (=bij hoog en bij laag volhouden)
  3. bij kris en kras zweren (=bij hoog en bij laag zweren)
  4. boeren en varkens worden knorrend vet (=een boer die klaagt heeft daar wellicht geen reden toe)
  5. van de bok (laten) dromen (=een pak slaag (laten) krijgen)
  6. over de knie leggen (=een pak slaag geven)
  7. er van langs krijgen (=erge straf krijgen, al dan niet met een pak slaag)
  8. iemand van katoen geven (=iemand met een pak slaag of woorden straffen)
  9. je zult stokvis eten. (=je krijgt slaag.)
  10. twaalf ambachten, dertien ongelukken (=wie telkens van beroep verandert, slaagt uiteindelijk nergens in)

32 dialectgezegden bevatten `laag`

  1. 't laag schots en scheef (=het lag ongeördend) (Westerkwartiers)
  2. ae kaen mee moeëte zèen'n noam zetten (=hij is laag opgeleid) (Wichels)
  3. alles laag doar ien 't honnerd (=het was daar één grote puinhoop) (Westerkwartiers)
  4. As de zwelven liêg vleegen guft `t raegen (=Als de zwaluwen laag vliegen krijgen we regen) (Sevenums)
  5. da's bucht, vwoajoe (=van laag allooi, tuig) (Melseels)
  6. dan kun de oewe laag wèl haawe (=dan zul je niet meer lachen) (Tilburgs)
  7. daor laag ie naaw te lèllepôote (=daar lag hij nu uitgeteld) (Tilburgs)
  8. de bóks op half seve (=als je broek heel laag hangt) (Maasbrees)
  9. De lucht angt lege (=Het kruis v d broek hangt laag) (Zwols)
  10. De tafel laag volgeklenterd bè aaën tuchel (=De tafel lag vol oude rommel) (Heusdens)
  11. de wolke hange¨liëg ' t zal nog goan regene (=als bij iemand het kruis van zijn broek te laag hangt) (Antwerps)
  12. Des un broek mee un laog zuur (=Dat is een broek met een laag kruis) (Gils)
  13. dich kins mich de buim in (=je kunt hoog en laag springen, maar dat doe ik niet) (Heitsers)
  14. dun eeste fietser laag un straot voor (=de ontsnapte renner had een grote voorsprong) (Oudenbosch)
  15. Es zwoaluuwu loag ovur en bovu ut woater vliegu, komt er règun (=Als zwaluwen laag over en boven het water vliegen, komt er regen) (Brakels (gld))
  16. gyn riem betale kinne (=broek laag dragen) (Bildts)
  17. hè zi-g-ut meej unne laag (=hij zei het met een lach) (Tilburgs)
  18. Hij heb 'n goed hart, maar ze motte het gekookt op z'n rug hange. Zo laag zodat de honde d'r bij kenne (=iemand niet aardig maar ook niet gemeen vinden) (Rotterdams)
  19. hij laag doar te spinhakk' n (=hij lag daar in onmacht) (Westerkwartiers)
  20. hij laag ien katzwiem (=hij was bewusteloos) (Westerkwartiers)
  21. hij laag laanguut (=hij was geheel uitgeteld) (Westerkwartiers)
  22. hij laag veur meroakel (=hij was helemaal uitgeteld) (Westerkwartiers)
  23. mèt zau ¨leig ènkoëme zulste geen dikke kiëtële sjijte (=met zo'n laag inkomen zul je niet ver springen) (Munsterbilzen - Minsters)
  24. op ut bènkske laag un plènkske èn un tèngske. (=op het bankje lagen een plankje en een tangetje.) (Tilburgs)
  25. ouw boks hangt op half zeuven (=je broek hangt laag) (Overpelts)
  26. soep en kujel (=mensen van laag allooi) (Tiens)
  27. spiekers op leeg water zuuk' ng (=spijkers op laag water zoeken) (Lutters)
  28. ut laag urnèffe (=het lag ernaast!!) (Tilburgs)
  29. van t'seeveste knopsgat (=van laag allooi) (Ninoofs)
  30. ze laag ien 'e labbemand (=zij was ziek) (Westerkwartiers)
  31. ze laag veur Pampus (=ze was buiten westen) (Westerkwartiers)
  32. zen broek ès op vekanse (=zijn broekskruis hangt wat laag) (Munsterbilzen - Minsters)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen