2 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `het minst`
- in februari klagen de boeren het minst. (=boeren klagen altijd maar februari heeft de minste dagen om in te klagen (grapje))
- kies het minste van twee kwaden (=als er enkel slechte oplossingen zijn, kiest men de minst slechte)
7 betekenissen bevatten `het minst`
- sijmen betaalt (=diegene die het minste verdient draagt de kosten)
- er loopt hem een luis over de lever (=hij windt zich al over het minste op)
- langzaam aan, dan breekt het lijntje niet (=je kunt beter rustig doorwerken, dan kan er het minste fout gaat)
- horzels steken niet en hommels doden niet. (=mensen met een grote mond dragen het minste bij)
- holle vaten bommen/klinken het hardst (=wie er het minste verstand van heeft, verkondigt het luidst zijn mening)
- blaffende honden bijten niet (=zij die het hardst roepen, zijn het minst gevaarlijk)
- zonder slag of stoot (=zonder het minste probleem)
Eén dialectgezegde bevat `het minst`
- De vuilste verkens wil’n altijd ’t schuuënste strüét. (=Die het minst verdient, wil steeds het schoonste en beste deel.) (Evergems)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen