12 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `haas`
- een haas is graag waar hij geworpen is. (=ieder wil graag zijn waar hij geboren is)
- een haastig woord is gauw gezegd. (=zeg geen dingen zonder eerst na te denken)
- een haastige hond werpt blinde jongen. (=te snel of impulsief handelen heeft slechte gevolgen)
- een slak op de goede weg, wint het van een haas op de verkeerde weg (=je kunt beter iets langzaam en goed doen, dan snel en niet goed)
- haast en spoed is zelden goed (=iets te snel doen, resulteert vaak in iets dat slecht gedaan is)
- haast je langzaam (=doe het zo snel mogelijk, maar niet sneller (uit het Latijn: Festina lente))
- haastige spoed is zelden goed (=zaken in te hoog tempo afwerken vergroot de kans op fouten)
- het haasje zijn (=diegene zijn die er voor opdraait, het slachtoffer)
- je weet nooit hoe een koe een haas vangt (=het kan altijd nog op onverwachte wijze tot een oplossing komen)
- mijn naam is haas (=ik weet nergens van en wil er niks mee te maken hebben!)
- wat de vos niet weet, weet de haas ook niet (=het is moeilijk iets te weten als het je nooit verteld is)
- wie niet omziet is haast teniet (=overhaastig werken leidt tot ongelukken)
10 betekenissen bevatten `haas`
- benen maken (=(haastig) weggaan)
- wee de wolf die in een kwaad gerucht staat (=als je je goede naam verliest is die haast niet terug te winnen)
- aan het lijf schieten (=haastig aantrekken (kleding))
- op je dooie gemak (=heel rustig, zonder zich te haasten)
- morgen komt er weer een dag (=niet zo haastig, morgen kan het ook nog)
- op hete/gloeiende kolen zitten (=ongeduldig wachten / veel haast of spanning hebben)
- nattevingerwerk zijn / Met de natte vinger doen (=onnauwkeurig, overhaast of zonder de geschikte methode of middelen uitgevoerd werk)
- wie niet omziet is haast teniet (=overhaastig werken leidt tot ongelukken)
- Rome is niet in één dag gebouwd (=relativeren: Leer geduld te hebben, overhaast niets)
- je moet een paard niet doodknuppelen, voordat je thuis bent. (=te veel haast kan wel eens vertraging opleveren)
14 dialectgezegden bevatten `haas`
- 'n Koe in 'n haas hewwe gelaik nuwejaar. (=haasten helpt hier niet.) (Zaans)
- Asto de 1e hazze hast, hast de twadde hazze hast... (=als je de 1e haas hebt, heb je de 2e bijna....) (Fries)
- dae is zoeë wildj wie haas (=hij is ontembaar) (Heitsers)
- dae wètj woeë haas hoektj (=weten hoe het zit) (Heitsers)
- dieje is ok nie deur ne haas gepoept (=die is ook niet de snelste) (Diesters)
- een haas in de grond staike (=enorme funderingswerken laten uitvoeren wegen slechte ondergrond) (Tiens)
- gebare van kroemmen haas (=zich onwetende houden) (Asses)
- Hae wètj nog neet woeë haas hoektj (=Iemand die nog geen ervaring heeft) (Hunsels)
- lievre isnen oas en je lopt an vennestjes (=Livre is een haas en hij loopt aan Vannestjes) (Brugs)
- mê van krommen oize geboaërn (=mijn naam is haas) (Kaprijks)
- Nie van nen oaze gepoept zien (niet door een haas verwekt zijn) (=Traag zijn) (West-Vlaams)
- Tijd genoeg komt te loat (=De haas en de schildpad) (Bambrugs)
- Toon, lang mich de zwoeld ins oan? haas te mich gistere gehierd, dan woas ich hijë dijne knecht. (=Toon, geef mij de broodschep eens aan? Had je mij gisteren gehuurd, dan was ik vandaag je knecht.) (Genker)
- Vroag mie niks, ik wet nargens wat van, (=Mijn naam is haas) (Twents)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen