Spreekwoorden met `eert`

Zoek

26 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `eert`

  1. al doende leert men (=door iets vaak te doen, leert men hoe het moet.)
  2. alle tij heeft zijn weertij (=alles heeft een keerzijde)
  3. als de boter duur wordt, leert men het brood droog eten. (=als het niet anders kan, is men ook met minder tevreden.)
  4. als een luis op een teerton (=vorderen als een luis op een teerton: niet opschieten)
  5. als een slak op een teerton (=erg traag zijn)
  6. bij het scheiden van de markt leert men de kooplui kennen (=iemands ware karakter blijkt pas als het erop aankomt)
  7. bij kleine hapjes leert men een hond eten. (=geleidelijk aan kun je zelfs aan onmogelijke dingen wennen.)
  8. bij kleine lapjes leert men de hond leer eten. (=geleidelijk aan wen je zelfs aan de onmogelijkste dingen.)
  9. de Breeveertien opgaan (=verkeerde dingen doen)
  10. de een scheert schapen, de ander varkens (=het is ongelijk verdeeld in de wereld)
  11. de wal keert het schip (=door beperkingen enigerlei niet verder kunnen)
  12. er mankeert iets in zijn bovenkamer (=hij is niet goed bij zijn verstand)
  13. het geld regeert de wereld (=geld heeft grote invloed)
  14. het heertje zijn (=in zijn nopjes zijn)
  15. het interesseert me geen drol (=het interesseert me niets)
  16. in nood leert men zijn vrienden kennen (=wanneer men in de problemen zit wordt duidelijk welke vrienden daadwerkelijk iets voor je willen betekenen)
  17. komen waar de duivel zijn staart keert (=op een zeer onherbergzame plaats aankomen.)
  18. nood leert bidden (=in nood leert men anderen om hulp vragen)
  19. vorderen als een luis op een teerton (=erg moeizaam opschieten)
  20. wat hansje niet leert zal hans nooit weten (=je moet het eerst leren om het later te kunnen)
  21. wat het oog niet ziet, wat het hart niet deert (=wat je niet ziet en niet weet heb je ook geen last)
  22. wat niet weet, wat niet deert (=waar je geen weet van hebt kun je ook geen last hebben)
  23. wie de pastoor niet eert, wie zijn absolutie riskeert (=om je ambitie te bereiken, moet je extra aardig zijn voor de hoge heren)
  24. wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd (=je moet waardering hebben voor het geringe)
  25. wie veel begeert veel ontbeert (=altijd meer willen maakt ongelukkig)
  26. wie zijn naasten te schande maakt, onteert zichzelf (=een klein foutje, kan een groot geheel te schande maken)

29 betekenissen bevatten `eert`

  1. wie zijn ogen sluit, waant zich in Rome (=als je de realiteit negeert, ben je niet bewust van wat er werkelijk gaande is.)
  2. niet geschoten is altijd mis (=als je het niet probeert, komt er ook niks van)
  3. in de nood eet de duivel vliegen. (=als je in nood verkeert, stel je je tevreden met dingen die je anders zou weigeren.)
  4. een gegeven paard mag men niet in de bek kijken. (=als men een geschenk krijgt, dan moet men niet zoeken of er hier of daar wat aan mankeert.)
  5. als twee honden vechten om een been loopt de derde ermee heen (=als twee mensen ruzie maken, profiteert een derde ervan.)
  6. dat slaat als een knots op een kangoeroe (=dat choqueert je)
  7. al doende leert men (=door iets vaak te doen, leert men hoe het moet.)
  8. ondervinding is de beste leermeester (=door iets zelf mee te maken of te oefenen leert men het snelst)
  9. de neus optrekken (=duidelijk maken dat men iets of iemand niet waardeert)
  10. door schade en schande wordt men wijs (=een mens leert het beste van z`n fouten)
  11. ieder huisje heeft zijn kruisje (=er mankeert overal wel iets)
  12. wat baten kaars of bril, als de uil niet zien en wil. (=gezegd als een koppig iemand advies of hulp negeert)
  13. het takje buigen als het nog jong is (=goede gewoonten leert men het beste op jonge leeftijd aan)
  14. het interesseert me geen drol (=het interesseert me niets)
  15. het laat mij Siberisch koud (=het interesseert me totaal niet)
  16. het dunnetjes overdoen (=het nog een keertje op dezelfde manier herdoen)
  17. onze lieve heer is aan het kegelen (=het onweert)
  18. jong geleerd is oud gedaan (=hoe eerder men iets leert, des te langer de vaardigheid zal blijven)
  19. wie een kluitje heeft, heeft  er graag een turfje bij (=ieder probeert zijn bezittingen te vermeerderen)
  20. het gelijk van de vismarkt hebben (=iemand die (altijd) probeert men een grote mond zijn gelijk te krijgen)
  21. haast en spoed is zelden goed (=iets te snel doen, resulteert vaak in iets dat slecht gedaan is)
  22. nood leert bidden (=in nood leert men anderen om hulp vragen)
  23. wat je van ver haalt is lekker. (=je waardeert dingen extra als je er veel werk voor moet doen)
  24. de natuur gaat boven de leer (=men volgt eerder zijn karakter dan hetgeen men leert)
  25. de lachende derde (=persoon die buiten een conflict staat, maar profiteert van de uitkomst)
  26. als een luis op een teerton (=vorderen als een luis op een teerton: niet opschieten)
  27. de een z`n dood is een ander z`n brood (=wat voor de één een nadeel is, daar profiteert een ander van)
  28. gedane zaken hebben geen keer (=wat voorbij is, keert niet meer weer)
  29. wie met honden omgaat, krijgt vlooien (=wie in slecht gezelschap verkeert, neemt slechte gewoonten over)

6 dialectgezegden bevatten `eert`

  1. ik (gen) èère da, ie ' n (gen) èèrt da nie (=ik heb dat graag, hij heeft dat niet graag) (Waregems)
  2. ne moes nie baute zën sjoen lope (=je moet eerst leren gaan, eert je begint met rennen) (Munsterbilzen - Minsters)
  3. wel ' t kleine niet eert is ' t grode niet weerd (=wie het kleine veracht kan het grote ook niet aan) (Westerkwartiers)
  4. Wie ' t kleene nie eert is ' t groten nie weerd. (=Wie het kleine niet eert is het grote niet waard.) (Sallands)
  5. wie ' t kleine niet èert is' t grote niet wèerd. (=Wie het kleine niet eert is het grote niet waard.) (drents)
  6. Wie ut klènuh nie eâht, is de mènuh nie weâhd (=wie het kleine niet eert is het grote niet weerd) (Haags)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen