Spreekwoorden met `de boter`

Zoek

10 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `de boter`

  1. als de boter duur wordt, leert men het brood droog eten. (=als het niet anders kan, is men ook met minder tevreden.)
  2. als een warm mes door de boter (=als iets erg makkelijk of geleidelijk gaat)
  3. daar is een haartje in de boter (=daar is ruzie of wrijving)
  4. de boter alleen op zijn koek willen hebben (=de anderen niets gunnen - zelf alles willen hebben)
  5. de boter en de kaas te dik gesneden hebben (=te veel verteerd hebben)
  6. de boter eruit braden (=het ervan nemen)
  7. een haar in de boter vinden/zoeken (=op het kleinste detail vitten)
  8. je doet de boter in de pan, maar bakt er niks van (=denken dat je iets begrijpt, terwijl je dat niet doet)
  9. met zijn gat in de boter vallen (=(onverwacht) goed terechtkomen)
  10. met zijn neus in de boter vallen (=(Onverwacht) goed terechtkomen)

Eén betekenis bevat `de boter`

  1. een goeie vis moet drie keer zwemmen (=in het water, in de boter of kookvocht en in de wijn)

26 dialectgezegden bevatten `de boter`

  1. 't is green at (=er zit een haar in de boter) (Booms)
  2. 't Zit doar e scheete verdroaid (=Daar zit een haar in de boter) (Langemarks)
  3. 't zit schieëf (=er zit een haar in de boter) (Kaprijks)
  4. Aa is mè ze gat in de boter gevalle (=Hij is goed terecht gekomen) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
  5. D'r zit een haar in de boter (=ruzie in het huishouden) (turnhouts)
  6. Daan is mè ze gat in de boter gevalle (=Iemand die iets goeds is overkomen) (Diesters)
  7. de barremijter steed op stürm (=er is een haar in de boter) (Bilzers)
  8. de boter gefret hein (=de schuld krijgen voor iets) (Melseels)
  9. de boter goat afsloagen (=Over iemand die regelmatig aan zijn achterste krabt) (Lokers)
  10. de boter is rengs (rangs) (=de boter is sterk) (Sint-Niklaas)
  11. de boter zal afsloagen (=aan uw gat krabben) (Lokers)
  12. de boter zal gon opsloagen (=als het kietelt in je handpalm.... zegt men...) (Sint-Niklaas)
  13. de koe stuuetj dich (=werd gezegd als iemand te dik de boter op de boterham smeerde) (Heitsers)
  14. der zit en hoar in de boter (=er is ruzie) (Gents)
  15. dr zit een hoar in de boter (=Er is huiselijke ruzie) (Turnhouts)
  16. es me zei gat in de boter gevalln (=Iemand die het goed getroffen heeft) (Baasrode)
  17. hij es me zij gat in de boter gevallen (=hij is goed terecht gekomen) (Londerzeels)
  18. ij es mee zijn gat in de boter gevalle, moar mee zijne kinne op den rand (=denken dat iemand geluk had, maar toch niet.) (Gents)
  19. ij es mee zijn gat in de boter gevallen, ij ee oersjanse gat (=hij heeft geluk gehad) (Gents)
  20. ij is mee zei gat in de boter gevaulen (=een gelukkig iemand) (Lokers)
  21. mèt z'n kont èn de boeëter valle (=met zijn gat in de boter vallen.) (Genker)
  22. mit de vot in de boter vallen (=een gelukstreffer hebben) (Steins)
  23. parrik: Gieën aur in de boter maur een gieël parrik (=Heel grote ruzie) (Lebbeeks)
  24. petrol in de soep (=een haar in de boter) (tervurens)
  25. ter zit een oar in de boter / de katte zit in d'orloge / tes lagirre (la guerre) (=ruzie hebben) (Gents)
  26. ze zé mé older gat in de boter gevallen (=zij zijn gelukkig en hebben niets tekort) (Sint-Niklaas)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen