765 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `is`
- gissen doet missen (=als je niet zeker bent van je zaak maar gokt, gaat het meestal fout)
- goed begonnen is half gewonnen (=wat niet aangevangen wordt komt ook nooit af. / Wanneer het begin van iets goed is, is de kans groter dat het goed eindigt)
- goed gereedschap is het halve werk (=door de juiste hulpmiddelen te gebruiken wordt het karwei snel geklaard)
- goede naam is beter dan goede olie (=een goede reputatie is beter dan veel geld)
- goede raad is duur (=bijna te moeilijk om raad te kunnen geven)
- goede raad is goud waard (=met goede aanwijzingen kan je heel veel doen)
- goedkoop is duurkoop (=iets goedkoops kan later kosten veroorzaken, bijvoorbeeld door slechte werking, reparaties of onderhoud)
- grote vissen scheuren het net (=hooggeplaatste personen worden niet zo gemakkelijk gestraft)
- haar wil is wet (=als wat zij wil niet gebeurt, dan ontstaan er grote conflicten)
- haast en spoed is zelden goed (=iets te snel doen, resulteert vaak in iets dat slecht gedaan is)
- haastige spoed is zelden goed (=zaken in te hoog tempo afwerken vergroot de kans op fouten)
- had je me gisteren gehuurd dan was ik vandaag je knecht geweest (=je moet zo niet commanderen - dat doe ik gewoon niet!)
- hebben is hebben maar krijgen is de kunst (=iets hebben is goed, maar iets bijkrijgen is beter)
- het bier is niet voor de ganzen gebrouwen. (=niet iets verspillen aan degenen die het niet waarderen)
- het daar is hommeles (=het is daar niet in orde)
- het dunkt elke uil dat zijn jong een valke is. (=iedereen is trots op zijn kinderen)
- het eerste gewin is kattengespin (=wie het eerste spelletje wint, verliest soms alle volgende spelletjes)
- het eten is niet te pruimen. (=het smaakt niet)
- het gelaat is de spiegel der ziel. (=je kan aan iemands` gezicht zien of hij een goed karakter heeft)
- het gelijk van de vismarkt hebben (=iemand die (altijd) probeert men een grote mond zijn gelijk te krijgen)
- het gras is altijd groener bij de buren (=er is altijd iets te vinden om jaloers op te zijn)
- het grondsop is voor de goddelozen (=gezegd van iemand die het laatste restje uitdrinkt)
- het heilig kruis achterna geven (=hopen dat iets of iemand nooit meer terugkomt)
- het hek is van de dam (=iedereen doet maar wat die wil zonder grenzen)
- het hemd is nader dan de rok (=eigen familie gaat voor)
- het hoge woord is er uit (=het onaangename is gezegd)
- het hooi is op en de koe is dood. (=het is een hopeloze zaak)
- het huishouden van Jan Steen (=een slordige boel)
- het huisje bij het schuurtje houden/laten (=geen onnodige uitgaven doen)
- het ijs breken / het ijs is gebroken (=een vriendelijk gesprek op gang brengen na een kil begin)
- het ijzer smeden als het heet is (=je moet op het juiste moment de kansen grijpen en dingen doen)
- het is alle dagen visdag maar geen vangdag (=als de buit of vangst tegen valt)
- het is als met de koeien van de Farao. (=er is geen goed aan te doen (De koeien van de Farao bleven mager))
- het is altijd koekoek éénzang (=altijd hetzelfde verhaal vertellen of zelfde voorbeeld geven)
- het is altijd rouwen en trouwen (=het leven is een afwisseling van goede en slechte tijden)
- het is altijd vet op een andermans schotel (=een ander heeft het schijnbaar altijd beter)
- het is bar en boos (=het is heel erg; het is heel slecht)
- het is beter de bakkers te paard, als de dokters. (=je kunt beter voldoende en gezond eten, dan straks naar de dokter te moeten)
- het is beter een andermans hemd dan geen (=wat men niet heeft kan men desnoods nog altijd lenen)
- het is bij de (wilde) beesten af (=het is verschrikkelijk; het is schandalig)
- het is bij de konijnen af (=het is buitengewoon erg)
- het is boter aan de galg gesmeerd (=het is zinloos, het kan niet helpen)
- het is broekzak-vestzak. (=er wordt betaald, maar het geld blijft bij dezelfde kliek)
- het is daar altijd elf ogen. (=er is daar altijd onenigheid.)
- het is daar armoe troef (=daar heerst grote armoede)
- het is de toon die de muziek maakt (=het gaat om de manier waarop iets gezegd wordt)
- het is dief en diefjesmaat (=het is allemaal even erg)
- het is dun gezaaid (=het is zeldzaam)
- het is een dubbeltje op zijn kant (=het is nipt, erg onzeker)
- het is een hopje in een brouwketel (=het is zo goed als niets)
951 betekenissen bevatten `is`
- het zinkende schip verlaten (=ervandoor gaan als de zaak misgaat)
- je kan beter naar de bakker dan naar de apotheker gaan. (=eten is gezond, de apotheker bezoek je als je ziek bent.)
- aan de ene voet een schoen, de ander blootvoets (=evenwicht is voornaamst)
- in het water vallen (=falen (een opzet, een voornemen, een plan), mislukken, niet doorgaan)
- een vrouw zonder man is als een vis zonder fiets (=feministische uitspraak)
- het hoofd boven water houden (=financieel rondkomen, juist genoeg geld hebben om te kunnen leven)
- tijd brengt raad. (=geduldig zijn leidt tot betere beslissingen of oplossingen)
- geef, zodat je gevende blijft (=geef niet meer dan dat je kunt missen.)
- de reis is nog niet ten einde als men kerk en toren herkent (=geef niet op voor het doel geheel is bereikt)
- in koelen bloede iets doen (=geheel kalm en rustig iets doen, alsof er niets aan de hand is)
- goed geld naar kwaad geld gooien (=geld ergens insteken waarvan bekend is dat het verlies oplevert)
- het is licht dansen op andermans vloer. (=geld van anderen uitgeven is makkelijk.)
- zuur verdiende centen. (=geld waarvoor hard is gewerkt.)
- geluk en glas breekt even ras. (=geluk is niet vanzelfsprekend)
- mooie liedjes duren niet lang (=geluk is van korte duur)
- mooi weer spelen (=genieten (meestal van andermans goed) / mooier voordoen dan het is)
- je in het slijk wentelen (=genieten van iets dat slecht is)
- als de berg niet tot Mohammed komt, zal Mohammed tot de berg gaan (=genoegen nemen met wat er beschikbaar/mogelijk is)
- ter ziele zijn / ter ziele gaan (=gestorven zijn of sterven, ook figuurlijk: iets dat niet meer bestaat of actief is)
- je moet om de beurt ademhalen (=gezegd als het erg druk is)
- met de benen buiten hangen (=gezegd als het erg druk is)
- over de koppen kunnen lopen (=gezegd als het erg druk is)
- je kan er je kont niet keren (=gezegd als het erg druk is)
- als de rechte Adam komt gaat Eva mee (=gezegd van `n meisje dat liever niet wil trouwen)
- iets in zijn holle kies kunnen stoppen (=gezegd van eten : het is de moeite niet, het is te weinig)
- een goed begin heeft een goed behagen maar het eindje zal de last dragen (=goed beginnen is prima, maar je moet volhouden tot het einde)
- de oren spitsen (=goed luisteren)
- de oren scherpen (=goed luisteren)
- met een baksteen in de maag geboren worden (=graag een huis willen hebben dat van jezelf is, dat je eigendom is)
- geef mijn fiets terug (=grapje om Duitsers te wijzen op de Tweede Wereldoorlog, toen er veel fietsen geconfisqueerd werden)
- aardewerk is geen paardenwerk. (=graven of in aarde werken is een vermoeiende bezigheid)
- in de waagschaal stellen (=groot risico nemen)
- het schip ingaan (=groot risico nemen, leidend tot verlies)
- op een papieren zoldertje lopen (=grote risico`s nemen)
- zachtjes aan, dan breekt het lijntje niet (=handel voorzichtig, dan mislukt het niet)
- wie werkt als een paard zal haver eten. (=hard werken is voor de meeste mensen geen garantie op een goed inkomen)
- een Homerisch gelach (=harde en gemene lach om het ongeluk, de mislukking of de handicap van tegenstrevers.)
- haring in het land, dokter aan de kant (=haring eten is zeer gezond; haring is zelfs één van de beste vissen voor je gezondheid)
- tranen met tuiten huilen/schreien (=heel erg huilen zonder dat het echt erg is)
- zo fris als een hoentje (=heel fris, nog erg jong)
- geheel oor zijn (=heel goed opletten - goed luisteren)
- er de hand voor in het vuur steken (=heel zeker weten dat iets zo is)
- de laatste loodjes wegen het zwaarst (=het afwerken is vaak het lastigst)
- de rijpste pruimen zijn geschud (=het belangrijkste werk is gedaan of grootste deel van de oogst is binnengehaald)
- het is krabben op de naad (=het eten is op)
- het loopt in`t honderd (=het gaat helemaal mis)
- het kan er mee door (=het gaat wel, het is aanvaardbaar)
- een ketting is niet sterker dan de zwakste schakel (=het geheel is maar zo sterk als het zwakste onderdeel)
- de sterkte van de ketting wordt bepaald door de zwakste schakel (=het geheel is niet sterker dan het zwakste onderdeel)
- pijn in de portemonee hebben (=het geld is op)
50 dialectgezegden bevatten `is`
- 't is e kaf an m'n ieëln (='t Valt me niet moeilijk) (Veurns)
- 't is e nieuwerd (e van pet) (=hij is niets waard) (Veurns)
- 't is e rututus en a trintrintrin (=Er is een ruit uit het huis en als het regent, regent het erin.) (West-Vlaams)
- 't is e' mitrajeete (=Ze is een roddeltante) (Ronsisch)
- 't is eeën vor 'n ossebilk (=Die geraakt niet getrouwd) (Veurns)
- 't is een aerdig gasje (=het is een leuk jongetje) (Katwijks)
- 't is een dijne (=het is erg) (Kaprijks)
- 't is een dubbeltje op zien kaant (=het kan goed gaan, het kan verkeerd aflopen) (Westerkwartiers)
- 't is een gedacht gelijk een ander (=het is geen goed idee) (Kaprijks)
- 't is een kemphoan (=hij is een vechtersbaas) (Westerkwartiers)
- 't is een negenurenlijk (=lijkdienst die om negen uur plaatsvindt) (Sint-Niklaas)
- 't is een scheed in de zak (=het is een maat voor niets) (Kaprijks)
- 't is een scheet-in een flasse / 't is een scheet-in nen zak (=dat valt tegen) (Kaprijks)
- 't is een slechte bakte (=Een zedeloze vrouw) (Zeeuws)
- 't is een öttego (=het is een slome duikelaar) (Zwols)
- 't is eene koek eenen dieeg (=Het is allemaal hetzelfde) (Bevers)
- 't is èerdaodig volk (=Op hen is niets aan te merken) (Drents)
- 't is egaal (=Het maakt niet uit) (Sittards)
- 't is eine ongerein (=het is een puinhoop) (Nunûms)
- 't is êm gescheedn in gespooën (=hij lijkt helemaal op hem) (Kaprijks)
- 't is en mooi koppie, jammer dattet rotte moet. (=IJdelheid der ijdelheden ...) (zaans)
- 't is en oekerore (o van pot) (=hij houdt alles bij) (Veurns)
- 't is er neffust (=het is er nevens, naast) (Sint-Niklaas)
- 't is etwod die gapt en nie e biet (='t is weer niets waard) (Veurns)
- 't is etwot te zegn (=Het is nogal wat!) (Veurns)
- 't is fris an de vis (=het is frisjes) (Kaprijks)
- 't is geen avangs, 't is nie genodderd (=het baat niet) (Sint-Niklaas)
- 't is geen avangs, 't is niets genodderd (=het helpt (baat) niet) (Sint-Niklaas)
- 't is gein slecht kîndj, det nao zien vaader aartj (=iemand van goede afkomst) (Weerts)
- 't is gelaak da ge 't gere het (=het is zoals jij wilt) (Nijlens)
- 't is gelemoal af (=het is volledig afgewerkt) (Sint-Niklaas)
- 't is gelikt, 't is een vieize (=Het is gelukt, het is een vaars (we hebben een meevaller) ) (Lokers)
- 't is gesneed'n stuut (=alles is goed voorbereid) (Westerkwartiers)
- 't is gieën avanse (=het heeft geen zin) (Kaprijks)
- 't is gieën avanse / a t'ee nog avanse! (=het is de moeite niet) (Kaprijks)
- 't is gieën doen an (=het heeft geen zin) (Kaprijks)
- 't is gieën kljuëde wièrt [geen kloten waard] (=het is niets waard) (Kaprijks)
- 't is gieën zêën an (=hij luistert niet) (Kaprijks)
- 't is gien aannomm'n waark (=dram niet zo) (Westerkwartiers)
- 't is gien aannoom'm waark! (=loop toch niet zo hard van stapel!) (Westerkwartiers)
- 't is gien doodwond. (=Er zijn erger dingen.) (Zaans)
- 't is gien gek die 't veurdut, moar die 't noadut (=degene die iets nadoet is niet goed bezig) (Westerkwartiers)
- 't is gien hoogvlieger (=hij is niet de snuggerste) (Westerkwartiers)
- 't is gien opmoakersbende (=nu heb je wel genoeg) (Westerkwartiers)
- 't is gien weer om de hond noar buut'n te joag'n (=buiten is het slecht weer) (Westerkwartiers)
- 't is gin avanse (=het helpt niet) (Veurns)
- 't is gin kloatn weird (='t is niets waard) (West-vlaams)
- 't is gin klute wèèrd (=het is niets waard) (Brugs)
- 't is gin mul (='t is waardevol) (Veurns)
- 't is ginne vans (=Het haalt niets uit) (Walshoutems)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen