1217 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `in`
- een mot in de maag hebben (=honger lijden)
- een naald in een hooiberg/hooimijt zoeken (=iets zoeken dat bijna niet te vinden is)
- een natte mei geeft boter in de wei (=weerspreuk)
- een nul in het cijfer zijn (=niets in te brengen hebben)
- een ondergeschoven kindje zijn (=iets of iemand is miskend. Zie bedstede voor de letterlijke betekenis)
- een ongeluk zit in een klein hoekje (=door een kleine fout kunnen gemakkelijk erg nare ongelukken gebeuren)
- een onzevader bidden in alle kapelletjes (=in alle cafés langsgaan)
- een oog in het zeil houden (=in de gaten houden)
- een oogje in het zeil houden (=alert zijn)
- een oortje in vieren zouden bijten (=erg gierig zijn)
- een open deur intrappen (=iets doen wat niet nodig is of iets wat al gezegd of gedaan is nog een keer doen)
- een oude rat vindt licht een gat. (=ervaren mensen weten vaak een oplossing te vinden)
- een oude rot in het vak (zijn) (=alles van het vak afweten en alles weten hoe te doen)
- een paling (snoek) gevangen hebben (=iemand die per ongeluk in het water is gevallen)
- een Pyrrhusoverwinning behalen (=winnen wat zoveel heeft gekost dat je de volgende ronde niet meer aan kan)
- een rak in de wind (=met veel werk langzaam vooruit komen (een lang recht stuk tegenwind zeilen))
- een reef in het zeil doen (=besnoeien in de uitgaven, bezuinigen)
- een rijke stinkerd (=een rijk iemand)
- een roepende in de woestijn zijn (=niemand die naar je wil luisteren (bij raad/waarschuwingen))
- een rots in de branding (=een persoon waarop je kunt vertrouwen en die je steunt.)
- eén rotte appel in de mand, maakt al het gave fruit te schand (=als één persoon uit een groep zich misdraagt, wordt de hele groep erop aangekeken. / Een negatieve beïnvloeding van één persoon kan vele anderen op het slechte pad brengen.)
- een schip op het strand is een baken in zee (=van de fouten die anderen hebben gemaakt kun je zelf veel leren)
- een sfinx zijn (=typisch zijn)
- een slak op de goede weg, wint het van een haas op de verkeerde weg (=je kunt beter iets langzaam en goed doen, dan snel en niet goed)
- een snee in de neus hebben (=dronken zijn)
- een snee in het oor hebben (=dronken zijn)
- een spaak in het wiel steken (=door iemands ingrijpen gaat een plan van de ander niet door)
- een speld in de hooiberg zoeken (=iets onmogelijks proberen)
- een spiering is vis als er anders niet is (=als je honger hebt, ben je niet kieskeurig / bij gebrek aan beter)
- een spiering uitwerpen om een kabeljauw te vangen (=iets kleins aan een ander geven met de gedachte zelf iets groots terug te krijgen)
- een sprong in het diepe wagen (=een risico nemen en iets nieuws proberen.)
- een stille in den lande zijn (=iemand die erg stil en ingetogen is of iemand die zich bijna nooit ergens mee bemoeit)
- een stoel in de hemel verdienen (=je door een goed werk onderscheiden)
- een stok in de lenden leggen (=slaan)
- een stok in het wiel steken (=iets of iemand tegenwerken)
- een stok vinden om de hond te slaan (=om maar iemand te kunnen bekritiseren een nadelig punt vinden)
- een straatje zonder eind (=een eindeloos proces, iets wat nooit ophoudt)
- een streep door de rekening halen (=de schuld van iemand kwijtschelden en het er niet meer over hebben)
- een streep door de rekening. (=het gaat onverwacht niet door)
- een stuk in je kraag drinken (=dronken worden)
- een stuk in zijn kraag hebben (=dronken zijn)
- een taling uitzenden om een eendvogel te vangen (=een kleinigheid opofferen om iets belangrijks terug te krijgen)
- een Tantaluskwelling zijn (=iets erg graag willen maar het (net) niet kunnen verkrijgen)
- een toontje lager zingen (=minder opscheppen, minder grote mond hebben)
- een traan wegpinken (=emotioneel geraakt zijn, ontroerd zijn door iets => emotioneel)
- een varken heeft wel een krul in zijn staart. (=er is altijd iets om trots op te zijn)
- een verdieping op zijn huis zetten (=hypotheek nemen)
- een vinger in de pap hebben (=ergens iets in te zeggen hebben, invloed hebben)
- een vliegende kraai/vogel vangt/vindt altijd wat (=als je er maar op uit gaat, vind je altijd wel wat in je voordeel)
- een voet in de stijgbeugel hebben (=uitzicht hebben op bevordering)
1465 betekenissen bevatten `in`
- een verborgen agenda hebben (=een doel hebben dat voor de anderen verborgen gehouden wordt, bijvoorbeeld in een samenwerkingsverband)
- brandende kwestie (=een dringende, actuele zaak)
- een uiltje knappen (=een dutje doen (zogenaamd een vlinder vangen))
- voor het inkoppen hebben (=een eenvoudige kans om in een discussie een punt te maken dankzij een voorzet van een ander)
- een straatje zonder eind (=een eindeloos proces, iets wat nooit ophoudt)
- een hoofd als een boei krijgen (=een erg rode kleur krijgen in het gezicht, erg blozen)
- onder het mes zitten (=een examen hebben, in angstige omstandigheden zitten)
- het bijltje zoeken (=een excuus of uitweg verzinnen)
- zwemmen als een vis kunnen (=een expert zijn in zwemmen)
- tussen beurs en geweten geplaatst zijn (=een financieel goede - maar misdadige - zaak kunnen doen)
- een rad uit de wagen. (=een flinke tegenvaller)
- een klein lek doet een groot schip zinken (=een geringe onachtzaamheid kan tot grote schade leiden)
- samen onder een deken liggen (=een gezamenlijk standpunt innemen)
- de eerste klap is een daalder waard (=een goed begin is het halve werk)
- een goed begin is het halve werk (=een goed begin vergroot de kans op een goede afwerking)
- het juiste midden vinden (=een goed evenwicht vinden tussen twee tegengestelde aanpakken. Bijvoorbeeld, als het er om gaat hoeveel bevoegdheden de politie moet hebben om de rechtsstaat te handhaven)
- een wit voetje halen (=een goede indruk maken bij de leider(s))
- het zeil (hoog) in de top halen (=een grootse vertoning weggeven)
- stukken maken (=een grote indruk maken , veel kapot maken)
- een pak van het hart (=een grote opluchting)
- grote parade en klein garnizoen (=een grote vertoning maar niet veel zaaks)
- een slimme vogel (=een handig persoon met overal een oplossing voor)
- een loden pijp hebben (=een hete vloeistof snel kunnen opdrinken)
- een krop opzetten (=een hoge borst opzetten - een fiere houding aannemen)
- een gepeperde rekening (=een hoge rekening)
- de hoofdvogel schieten (=een hoofdprijs winnen, maar vaak ironisch bedoeld. Letterlijk: de hoofdvogel is de hoofdprijs bij het vogelschieten)
- een boom(pje) opzetten (=een informele discussie starten)
- een Egyptische duisternis (=een inktzwarte duisternis)
- een veeg uit de pan krijgen (=een klap incasseren / op zijn donder krijgen / een standje krijgen)
- een bitter beetje (=een klein beetje)
- wie zijn naasten te schande maakt, onteert zichzelf (=een klein foutje, kan een groot geheel te schande maken)
- niet het zout op zijn patatten verdienen (=een klein inkomen hebben)
- een tipje van de sluier oplichten (=een klein stukje van het onbekende onthullen)
- een klein visje een zoet visje (=een klein voordeel of winstje dat met weinig moeite is verkregen)
- een loodje in het zakje doen (=een kleine bijdrage leveren)
- een duit in het zakje doen (=een kleine bijdrage leveren. (Historisch: de kleinst mogelijke gave in het collectezakje van de kerk).)
- geen centje pijn. (=een kleine moeite.)
- een visje verschalken (=een kleinigheid meepikken)
- een taling uitzenden om een eendvogel te vangen (=een kleinigheid opofferen om iets belangrijks terug te krijgen)
- iemand de wacht aanzeggen (=een laatste waarschuwing geven)
- de bom is gebarsten (=een langdurige spanning of conflict is tot een uitbarsting gekomen)
- de lange weg maakt een moede man (=een langdurige ziekte leidt tot uitputting)
- een leugentje om bestwil (=een leugen met een goede bedoeling)
- iets in petto houden (=een mededeling voor later bewaren)
- advocaat van de duivel spelen (=een mening geven waar je het zelf niet mee eens bent, maar die je geeft om reacties uit te lokken)
- de wind waait uit die hoek (=een mening van iemand uit een bepaalde groep/partij)
- de teugels laten vieren (=een minder streng beleid voeren)
- een bodem in de markt leggen (=een minimumprijs vastleggen)
- de nacht is een goede raadsman. (=een nachtje slapen is goed bij het nemen van beslissingen)
- het ene woord brengt het andere voort. (=een negatieve opmerking kan leiden tot negatieve woorden over en weer)
50 dialectgezegden bevatten `in`
- a zou ne seng in twieën bijten (=hij is erg gierig) (Meers)
- A-j botter op 'n kop hebt, mu-j nich in de zunne loop'n (=Wie geen zuiver geweten heeft, kan zich beter koest houden) (Twents)
- A'j om t geald trouwd bint, he'j ne koo in n stal en n vearkn in berre! (=Als je om het geld bent getrouwd heb je een koe in de stal en een varken in bed.) (Twents)
- A'j t earste knoopsgat mist, krie'j t buis nich too (=Als je in het begin een fout maakt, komt het niet meer goed) (Twents)
- a'k nou een schete loaut zit er e gat in mijn broeke (=het eten is pikant) (Lokers)
- a't een (h) oend gewist, je beeët: gezegd als iemand iets niet opmerkt of niet vinden kan wat vlak in zijn nabijheid staat of ligt (=had het een hond geweest, hij beet) (Klemskerks)
- A’j mekaar geliek geft, bu’j rap oet e kuierd (=Als je niet in discussie gaat, ben je snel uitgepraat) (Twents)
- aa ee in main roâpe geschéte (=hij heeft mij gedwarsboomd) (Gents)
- Aa ei flanelle bieëne (=Hij heeft geen kracht in zijn benen (wielrennen) ) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Aa eit e stuk in zaan zip (=Hij heeft teveel gedronken) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Aa hei e stuk in zaan kloeëte (=Hij is dronken) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- aa ie wooter in zaane kelder (=man met een korte broek) (tervurens)
- Aa is de pist in (=Hij is er vandoor) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Aa is in ze gat gebeete (=Hij is gekwetst / beledigd) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Aa is mè ze gat in de boter gevalle (=Hij is goed terecht gekomen) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Aa is tot e kot in de nacht oep stap geweest (=Hij is heel laat op stap geweest) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Aa lei mè zaan bieën in de pleuster (=Hij heeft een gipsverband om zijn been) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Aa schèt in zen broek (=Hij heeft schrik) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- aa seir in brand doeu (=de serre beginnen verwarmen, stoken) (Overijses)
- Aa werkt baa den Ool in Jeut (=Hij werkt bij (busbouwer) Van Hool in Koningshooikt) (Onze-Lieve-Vrouw-Waver)
- Aa zit in e karreken (=Hij zit in een rolstoel) (Herns (Herne, VL-B))
- Aa zitj er veur'n gelèk as Zjang in d'onn'n (=Hij staat er goed voor) (Ninoofs)
- aaë brol, zaagte boer, èn hae goejde ze wijf ènde vaulbak (=afval en prullen moeten in de vuilbak) (Munsterbilzen - Minsters)
- Aafdu mo e bèkke keut (=Hou u maar in) (Leuvens)
- aaft aave kak moa in (=beheers je maar) (winksels)
- aaft ave kak moa in (=durf niet hoor) (Winksels)
- aaft aven doemp mo in (=hou het rustig) (Overijses)
- aaj eeget oejg in zennen bol / zen krolle (=hij heeft een groot gedacht van zichzelf) (Turnhouts)
- aal waj in gaten heb n, oevie in de bult'n niey te zuuk'b (=als je het in de gaten hebt, hoef je het in de bulten niet te zoeken) (Klazienaveens)
- aandere giepe laote (=in gezelschap alleen snoepen) (Mestreechs)
- aarg'ns nog ien 't kriet stoan (=ergens nog in de schuld staan) (Westerkwartiers)
- ach man, val in mekaor/ zak in mekaor / stort in mekaar/koar (=ach man krijg wat...) (Utrechts)
- Ach, Brand is erger. (=er zijn wel ergere dingen in het leven .) (Utrechts)
- achter 't gat (=in het geniep) (Wolvertems)
- achter 't gat iets doen (=in het geniep iets doen) (Sint-Niklaas)
- Achter ‘t gat (=in het geheim) (Harelbeeks)
- achter d'aug (=niet officieel, in het geniep) (Wichels)
- Achter de witte kuz'n zitt'n (=in een psychiatrische inrichting verblijven) (Deventers)
- achterna kuj un koe in de kont kiek n (=achteraf is het gemakkelijk praten, ) (Klazienaveens)
- adjoemela djoemela meulenèr, meej draaike en al. En ahhe dan nie vliehe wil, dan steekkik oe in oew stal. (=liedje om een meikever aan het vliegen te krijgen.) (Hulsters (NL))
- ae ee 't spek oan zèen biën (=hij zit in een lastig parket) (Wichels)
- ae es nog in rodaazj(e) (=ik ben hem aan het inrijden) (Wichels)
- ae ken twieë stieën'n doen vechten (=hij is er goed in mensen tegen elkaar op te zetten) (Wichels)
- aë leit in doembacht (=hij is uitgeteld) (Winksels)
- ae was in deefoo (=hij zat fout (in het verkeer)) (Wichels)
- ae wil nie in 't garieël, ae wild'em nie voegen (=hij doet niet wat er van hem verlangt wordt) (Wichels)
- ae zo ne ceng in twieën bèet'n (=hij is gierig) (Wichels)
- Aermoei dat do waos: de meis loege doed èn de frigo (=Armoede dat daar was: de muizen lagen dood in de koelkast.) (Genker)
- aet nog e bufke (=bijt nog eens in je boterham) (Munsterbilzen - Minsters)
- agge dieje ze verstaand in e vogeltje stekt, vlieget achteroat! (=Hij is oliedom) (Antwerps)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen