I de wacht

zelfst.naamw. (m./v.)
Uitspraak:  [wɑxt]
Verbuigingen:  wachten (meerv.)

1) keer dat je iets bewaakt
Voorbeelden:  `op wacht staan`,
`Twee soldaten hielden de wacht bij de poort.`
Synoniem:  bewaking

2) personen die voor de wacht (1) zorgen
Voorbeelden:  `de wacht aflossen`,
`de wisseling van de wacht`,
`burgerwacht`
Synoniem:  bewakers

3)
iets in de wacht slepen  (iets bemachtigen, meestal na een inspanning en ten koste van iemand anders) `De film heeft twee Oscars in de wacht gesleept.`

4)
de wacht aanzeggen  (dwingen te stoppen of zich anders te gedragen) `De renner is door zijn team de wacht aangezegd.`

5)
iemand in de wacht zetten  (iemand met wie je telefoneert laten wachten zodat je een ander telefoongesprek kunt voeren)


II de wacht

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [wɑxt]
Verbuigingen:  wachten (meerv.)

iemand die iets bewaakt
Voorbeelden:  `De wachten voor het paleis kijken strak voor zich uit.`,
`schildwacht`
Synoniemen:  wachter, bewaker


Synoniemen
bewaarder   bewaker   cipier   deurwachter   garde   gevangenbewaar   hoeder   portier   post   schildwacht   suppoost   uitkijk   wachter   

Spreekwoorden en zegswijzen
wachten tot je een ons weegt (=onmogelijk lang wachten)
• in de wacht slepen (=winnen - verwerven)
• iets in de wacht slepen (=op oneerlijke manier verkrijgen, iets in bezit krijgen voor weinig geld)
• iemand de wacht aanzeggen (=een laatste waarschuwing geven)
• het tij wacht op niemand. (=benut kansen voor het te laat is)
Toon alle 8 spreekwoorden die wacht bevatten

14 definities op Encyclo
  • [Soldatentaal, 1914] het lijkt wel eten voor de wacht. Dit is een uitdrukking ter aanduiding, dat iets niet bevalt, onaangenaam is.
  • [Soldatentaal, 1914] in de wacht sleepen iets meenemen of meepakken, vooral als het voorwerpen betreft, waarvan het eigendomsrecht betwist zou kunnen worden.
  • [Soldatentaal, 1914] in de wacht sleepen: gearresteerd worden.
  • [Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Wacht``] 1o. In het algemeen noemt men wachten, de grootere posten, die op hunne beurt schildwachten, dubbele posten, enz. plaatsen. De wachtdienst is het geheele stelsel der zaken, die betrekking hebben op het betrekken en aflossen der wachten, haar gedrag, enz. Men ond...
  • • [m] iemand die tot taak heeft iets te bewaken. • [f] - [m] een tijd waarin men de taak heeft iets te bewaken.
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met wacht:
wachtbankwachtbedwachtbekkenwachtcirkelwachtcommandantwachtdienstwachtenwachten voorwachtendewachtengelwachterwachtereswachtgeldwachthokwachthondwachthuiswachthuisjewachtkamerwachtlijstwachtlokaal
Toon alle woorden die beginnen met wacht

Deze woorden eindigen op wacht:
burgerwachtkustwachtlijfwachtonverwachtrijkswachtschildwachtstadswachtzaalwachtwegenwachtvoorwachtthuiswachtsuswachtstrandwachtsterrenwachtplatvoetwachtparkeerwachtpaleiswachtnachtwachtluchtwachtlangverwacht
Toon alle woorden die eindigen op wacht

Herkomst volgens etymologiebank.nl
wacht (het waken; groep personen die waakt)

Taaladvies
Is van wacht zijn correct? Zie Van wacht zijn

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de wacht' of 'het wacht'?
Het is 'de wacht', want wacht is mannelijk en vrouwelijk. Als je het aanwijst is het 'die wacht'.
Wat is het meervoud van wacht?
Het meervoud van wacht is 'wachten'. Eén wacht, twee wachten.
Wat betekent wacht?
'keer dat je iets bewaakt' en 'personen die voor de wacht zorgen' en '' en '' en ''
Hoe spel je wacht?
wacht spel je W A C H T
Wat is een ander woord voor wacht?
Andere woorden voor wacht zijn bewaarder, bewaker, cipier, deurwachter, garde, gevangenbewaar, hoeder, portier, post, schildwacht, suppoost, uitkijk en wachter.

Op andere websites
Zoek wacht op Woordenlijst.org
Zoek wacht op Google
Zoek wacht op Wikipedia