het voordeel

zelfst.naamw.

Uitspraak:	['vordel]
Afbreekpatroon:	voor·deel
Verbuigingen:	voordelen (meerv.)

iets gunstigs of nuttigs, soms in vergelijking met iets anders

Voorbeelden:	`Een laptop biedt alleen maar voordelen.`, `Een papieren luier heeft het voordeel dat je hem niet hoeft uit te wassen.`
Antoniem:	nadeel
Synoniemen:	nut, profijt
voordeel hebben bij iets	(iets goed kunnen gebruiken) `Werkgevers hebben voordeel bij gezonde werknemers.` Synoniem: profiteren van iets
je voordeel doen met iets	(iets goed kunnen gebruiken) `Ze deed haar voordeel met die informatie.` Synoniem: profiteren van iets
in je voordeel	((van een eigenschap, situatie, gebeurtenis) zo dat het gunstig is voor jou) `Dat je nog jong bent, werkt in je voordeel.`
iemand het voordeel van de twijfel geven/gunnen	(ondanks je twijfel toch nog voldoende vertrouwen in iemand hebben)

baat   buitenkans   buitenkansje   gewin   meevaller   nut   opsteker   pluspunt   pre   nadeel (antoniem)   

• iemand het voordeel van de twijfel gunnen (=een onzekere factor voor hem zo gunstig mogelijk laten meetellen)
• het is een kwade wind die niemand voordeel brengt (=er is altijd wel iemand die van de omstandigheden weet te profiteren)
Naar de spreekwoorden

• •profijt. •aangename eigenschap. •"(tennis)" term die aangeeft dat een speler bij een 40-40-stand een punt heeft gescoord en dus maar één punt verwijderd is van de winst van een game.
• wat je kan helpen een doel te bereiken vb: ik heb veel voordeel van dat abonnement Synoniemen: profijt nut baat iets wat gunstig is vb: het is een voordeel dat ik altijd een oppas in huis heb Synoniem: plus [3] Tegenstellingen: bezwaar nadeel
• 1) Winst 2) Goed 3) Eigenbelang 4) Eigenbaat 5) Korting 6) Snaai 7) Voorbaat 8) Nuttig effect 9) Opsteker 10) Gunstig aspect 11) Pluspunt 12) Baat 13) Belang 14) Buitenkansje 15) Buitenkans 16) Profijt 17) Meevallertje 18) Meevaller 19) Gewin 20) Oorbaar 21) Gerief 22) Tennisterm 23) Heil 24) Nut 25) Avantage...
• winst
• winst Jaar van herkomst: 1240 (Bern. )

Toon uitgebreidere definities

• voordeelactie• voordeelregel• voordeelurenkaart

• thuisvoordeel• milieuvoordeel• concurrentievoordeel• belastingvoordeel• tweetaligheidsvoordeel

voordeel (winst, nut)

1. Is dit juist: het te behalen voordeel? Zie het te behalen voordeel
2. Wat is juist: `Een voordeel is de kleine afstanden` of `Een voordeel zijn de kleine afstanden`? Zie Een voordeel is / zijn de afstanden

Is het 'de voordeel' of 'het voordeel'?

Het is 'het voordeel', want voordeel is onzijdig. Als je het aanwijst is het 'dat voordeel'.

Wat is het meervoud van voordeel?

Het meervoud van voordeel is 'voordelen'. Eén voordeel, twee voordelen.

Wat betekent voordeel?

'iets gunstigs of nuttigs, soms in vergelijking met iets anders'

Hoe spel je voordeel?

voordeel spel je V O O R D E E L

Wat is een ander woord voor voordeel?

Andere woorden voor voordeel zijn baat, buitenkans, buitenkansje, gewin, meevaller, nut, opsteker, pluspunt en pre.

Wat is het tegenovergestelde van voordeel?

Een antoniem van voordeel is nadeel.

Zoek voordeel op Woordenlijst.org
Zoek voordeel op Google
Zoek voordeel op Wikipedia