toneelspelen

werkw.
Uitspraak:  [to'nelspelə(n)]
Afbreekpatroon:  to·neel·spe·len
Vervoegingen:  speelde toneel (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft toneelgespeeld (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) een toneelstuk opvoeren, meestal met anderen
Voorbeeld:  `een cursus toneelspelen volgen`
Synoniem:  acteren

2) doen alsof
Voorbeeld:  `Ik dacht dat hij van me hield, maar hij heeft al die tijd toneelgespeeld.`
Synoniem:  doen alsof


Synoniemen
acteren   doen alsof   een rol vertolken   komedie spelen   komespelen   spelen   voorwenden   zich aanstellen   

1 definitie op Encyclo
  • 1) Spelen 2) Acteren 3) Komespelen 4) Voorwenden
Toon uitgebreidere definities

Taaladvies
  1. Wat is de juiste spelling van `een kleine cabaretier`: cabaretiertje of cabaretieetje? Zie cabaretiertje / cabaretieetje
  2. Is het voor het voetlicht of over het voetlicht komen en wat wordt ermee bedoeld? Zie Voor het voetlicht / over het voetlicht


Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van toneelspelen?
De verleden tijd van toneelspelen is 'speelde toneel'. Het voltooid deelwoord is 'heeft toneelgespeeld'.
Wat betekent toneelspelen?
'een toneelstuk opvoeren, meestal met anderen' en 'doen alsof'
Hoe spel je toneelspelen?
toneelspelen spel je T O N E E L S P E L E N
Wat is een ander woord voor toneelspelen?
Andere woorden voor toneelspelen zijn acteren, doen alsof, een rol vertolken, komedie spelen, komespelen, spelen, voorwenden en zich aanstellen.

Op andere websites
Zoek toneelspelen op Woordenlijst.org
Zoek toneelspelen op Google
Zoek toneelspelen op Wikipedia