tolereren

werkw.

Uitspraak:	[toləˈrerə(n)]
Afbreekpatroon:	to·le·re·ren
Vervoegingen:	tolereerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft getolereerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

verdragen

Voorbeeld:	`niet tolereren dat de kinderen elkaar slaan`
Synoniemen:	dulden, toelaten

aanzien   doorstaan   dulden   gedogen   lijden   ondergaan   pikken   toelaten   uitstaan   velen   

• ermee instemmen, zeggen dat het mag vb: wij tolereren dat hier gerookt wordt Synoniemen: goedvinden toestaan toelaten toestemmen veroorloven dulden gedogen permitteren Tegenstellingen: bestrijden tegengaan
• 1) Toestaan 2) Doorstaan 3) Ondergaan 4) Velen 5) Dulden 6) Uitstaan 7) Gedogen 8) Aanzien 9) Slikken 10) Toelaten 11) Baggeren 12) Pikken 13) Lijden 14) Verdragen
• dulden
• dulden Jaar van herkomst: 1904 (WNT )

Toon uitgebreidere definities

tolereren (verdragen)

Wat is de verleden tijd van tolereren?

De verleden tijd van tolereren is 'tolereerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft getolereerd'.

Wat betekent tolereren?

'verdragen'

Hoe spel je tolereren?

tolereren spel je T O L E R E R E N

Wat is een ander woord voor tolereren?

Andere woorden voor tolereren zijn aanzien, doorstaan, dulden, gedogen, lijden, ondergaan, pikken, toelaten, uitstaan en velen.

Zoek tolereren op Woordenlijst.org
Zoek tolereren op Google
Zoek tolereren op Wikipedia