streng

bijv.naamw.

Uitspraak:

[strɛŋ]

1) als iets of iemand je weinig vrijheid geeft om het anders te doen

Voorbeelden:

`een strenge docent`, `een streng dieet`, `Het is ten strengste verboden dit terrein te betreden.`

2) (van winters weer) hevig ^meteorologie

Voorbeelden:

`strenge kou`, `een strenge winter`, `strenge vorst`

bars   bindend   bundel   consequent   dakspant   dwingend   gestreng   haarstreng   haarvlecht   koud   niet toegevend   onvermurwbaar   priesterlijk   snoer   stijf   stipt   strikt   stringent   volgens de regels   coulant (antoniem)   toegeeflijk (antoniem)   

• ieder trekt aan zijn streng (=ieder kiest voor zichzelf)
• de derde streng houdt de kabel. (=alle goede dingen bestaan in drieën)
• als de dagen lengen, gaan de nachten strengen (=het koudste deel van de winter valt na de kortste dag)
Naar de spreekwoorden

Hoe kun je met streng een ander begrip versterken?
streng dieet; streng gelovig; streng gereformeerd; streng straffen; streng vasten; streng verboden; strenge kou; strenge straf; strenge tucht; strenge vorst; strenge winter; strenge controle; strenge maatregel; streng berispen; streng bewaken; streng terechtwijzen;

• [I] koord, bundel draden [II] niet toegeeflijk
• •zonder ruimte voor tegenspraak.
• ineengevlochten bundel vb: ze kocht een strengetje borduurzijde
• wie zich strak aan de regels houdt en niet toegeeft vb: mijn ouders waren erg streng een strenge straf [een harde straf] een strenge winter [met zeer lage temperaturen] ergens streng de hand aan houden [er niet van afwijken]
• [Let op: Spelling en uitleg uit 1890] oud-Surinaamsche benaming voor 8 centen.

Toon uitgebreidere definities

• strengelen• strengheid

• navelstreng• zaadstreng• weledelgestreng• hooggestreng• haarstreng• gestreng

1. streng (bars)
2. streng (bundel)

Wat betekent streng?

'als iets of iemand je weinig vrijheid geeft om het anders te doen' en '(van winters weer) hevig'

Hoe spel je streng?

streng spel je S T R E N G

Wat is een ander woord voor streng?

Andere woorden voor streng zijn bars, bindend, bundel, consequent, dakspant, dwingend, gestreng, haarstreng, haarvlecht, koud, niet toegevend, onvermurwbaar, priesterlijk, snoer, stijf, stipt, strikt, stringent en volgens de regels.

Wat is het tegenovergestelde van streng?

Antoniemen van streng zijn coulant en toegeeflijk.

Zoek streng op Woordenlijst.org
Zoek streng op Google
Zoek streng op Wikipedia