schofferen

werkw.
Uitspraak:  [sxɔ'ferə(n)]
Afbreekpatroon:  schof·fe·ren
Vervoegingen:  schoffeerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft geschoffeerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

iemand beledigen of vernederen
Voorbeelden:  `Zij voelen zich nogal snel geschoffeerd door iedereen met een andere geloofsovertuiging.`,
`Ik vind zijn standpunten weerzinwekkend, maar ik zal proberen hem niet te schofferen tijdens ons debat.`


Synoniemen
beledigen   onteren   

2 definities op Encyclo
  • 1) Overweldigen 2) Onteren 3) Brutaliseren 4) Lomp en meedogenloos spelen (sport) 5) Schenden 6) Beledigen
  • onteren Jaar van herkomst: 1285 (CG Rijmb. )
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
schofferen (beledigen)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van schofferen?
De verleden tijd van schofferen is 'schoffeerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geschoffeerd'.
Wat betekent schofferen?
'iemand beledigen of vernederen'
Hoe spel je schofferen?
schofferen spel je S C H O F F E R E N
Wat is een ander woord voor schofferen?
Andere woorden voor schofferen zijn beledigen en onteren.

Op andere websites
Zoek schofferen op Woordenlijst.org
Zoek schofferen op Google
Zoek schofferen op Wikipedia