reciteren

werkw.
Uitspraak:  [resi'terə(n)]
Afbreekpatroon:  re·ci·te·ren
Vervoegingen:  reciteerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gereciteerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

hardop voorlezen om gehoord te worden
Voorbeelden:  `verzen reciteren`,
`de Koran reciteren`
Synoniemen:  voorlezen, voordragen


Synoniemen
opzeggen   voordragen   

2 definities op Encyclo
  • 1) Voordragen 2) Opzeggen
  • Declameren; opzeggen
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
reciteren (voordragen)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van reciteren?
De verleden tijd van reciteren is 'reciteerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gereciteerd'.
Wat betekent reciteren?
'hardop voorlezen om gehoord te worden'
Hoe spel je reciteren?
reciteren spel je R E C I T E R E N
Wat is een ander woord voor reciteren?
Andere woorden voor reciteren zijn opzeggen en voordragen.

Op andere websites
Zoek reciteren op Woordenlijst.org
Zoek reciteren op Google
Zoek reciteren op Wikipedia