de planter

zelfst.naamw. (m.)

Verbuigingen:

planters

1) iemand die plant of laat planten

2) eigenaar van een plantage

3) werktuig dat gebruikt wordt bij het planten

Spreekwoorden en zegswijzen

• boompje groot, plantertje dood (=sommige dingen hebben effecten die je niet kunt voorzien)
Naar de spreekwoorden

3 definities op Encyclo

Let op: Spelling van 1914 Met dezen naam worden in Suriname speciaal aangeduid de leidende personen bij den grooten landbouw; ook de eigenaar van een plantage.
1) Beroep 2) Kweker 3) Verbouwer 4) Beroep in de tropen 5) Vrucht 6) Eigenaar van een plantage 7) Teler 8) Poter 9) Pootaardappel
iemand die plant of eigenaar is van een plantage

Deze woorden beginnen met planter:

Deze woorden eindigen op planter:

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

Het is 'de planter', want planter is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die planter'.

'iemand die plant of laat planten' en 'eigenaar van een plantage' en 'werktuig dat gebruikt wordt bij het planten'

planter spel je P L A N T E R

Op andere websites

Recentelijk gezocht