opdoen

werkw.

Uitspraak:	[ˈɔbdun]
Afbreekpatroon:	op·doen
Vervoegingen:	deed op (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft opgedaan (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

zorgen dat je iets krijgt

Voorbeelden:	`ervaring opdoen`, `tijdens je vakantie een vriendje opdoen`
Synoniem:	verwerven

krijgen   opdienen   oplopen   opzetten   verkrijgen   verwerven   

• er een schepje opdoen (=er nog wat aan toevoegen)
Naar de spreekwoorden

• Uit `De lagere vaktalen: De spinners-en weverstaal` 1914 eene keten opboomen, een nieuw geweefsel gereed maken.
• 1.verkrijgen, zich in het bezit stellen van Voorbeeld: Zij was in vele vakken degelijk onderlegd en wist over een massa onderwerpen te praten waar Lieveke totaal buitenstond, die haar echter aanbelangden en waar zij haar nut kon mee opdoen 2.(met betr. tot de voortbrengselen van de landbouw) winnen (DB...
• het krijgen zonder dat je het weet vb: hij heeft daar een vervelende ziekte opgedaan Synoniemen: oplopen verwerven
• 1) Inkopen 2) Serveren 3) Indoen 4) Kopen 5) Vatten 6) Ongevraagd kijken 7) Ongevraagd krijgen 8) Verkrijgen 9) Verkwisten 10) Aanbrengen 11) Vernemen 12) Verwerven 13) Krijgen 14) Opslaan 15) Oplopen 16) Openbaren 17) Opsnappen 18) Opdienen 19) Opzetten
• zich verschaffen; krijgen

Toon uitgebreidere definities

Wat is de verleden tijd van opdoen?

De verleden tijd van opdoen is 'deed op'. Het voltooid deelwoord is 'heeft opgedaan'.

Wat betekent opdoen?

'zorgen dat je iets krijgt'

Hoe spel je opdoen?

opdoen spel je O P D O E N

Wat is een ander woord voor opdoen?

Andere woorden voor opdoen zijn krijgen, opdienen, oplopen, opzetten, verkrijgen en verwerven.

Zoek opdoen op Woordenlijst.org
Zoek opdoen op Google
Zoek opdoen op Wikipedia