fair

bijv.naamw.
Uitspraak:  [fɛ:r]

eerlijk
Voorbeeld:  `Het is niet fair om alleen de mensen die via internet kaartjes hebben besteld hun geld terug te geven.`
Synoniem:  sportief
fair play  (eerlijk spel)


Synoniemen
billijk   eerlijk   rechtvaardig   ridderlijk   sportief   

7 definities op Encyclo
  • [I] eerlijk [II] jaarmarkt, jaarbeurs
  • volgens het idee dat iedereen evenveel (kansen) moet krijgen vb: ik vind dat hij je niet fair heeft behandeld Synoniemen: eerlijk rechtvaardig billijk juist
  • Nederlandsche handelswoorden uit het Engels (1914): billijk, oprecht.
  • 1) Fatsoenlijk 2) Naar eer en billijkheid 3) Niet opzien tegen moeilijkheden 4) Rechtvaardig 5) Rechtschapen 6) Eerlijk spel 7) Naar waarheid 8) Eerlijk 9) Billijk 10) Naar eer en deugd 11) Juist 12) Betrouwbaar 13) Integer 14) Behoorlijk 15) Sportief 16) Oprecht 17) Correct 18) Passend 19) Schappelijk
  • eerlijk Jaar van herkomst: 1887 (WNT unfair )
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met fair:
fairfokhondfairfokkeurmerkfairplayfairshoppenfairway

Deze woorden eindigen op fair:
unfairtarifairfancy fair

Herkomst volgens etymologiebank.nl
fair (eerlijk, sportief)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat betekent fair?
'eerlijk'
Hoe spel je fair?
fair spel je F A I R
Wat is een ander woord voor fair?
Andere woorden voor fair zijn billijk, eerlijk, rechtvaardig, ridderlijk en sportief.

Op andere websites
Zoek fair op Woordenlijst.org
Zoek fair op Google
Zoek fair op Wikipedia