echoën

werkw.
Uitspraak:  ['ɛxowə(n)]
Afbreekpatroon:  echo·en
Vervoegingen:  echode (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft geëchood (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

(van geluid) door weerkaatsing steeds weer klinken
Voorbeeld:  `Bij onweer echoot de donder tussen de bergen.`
Synoniem:  nagalmen

Zie ook:  echo


Synoniemen
galmen   herhalen   nabouwen   naklinken   napraten   nazeggen   reflecteren   resoneren   schallen   stuiten   terugkaatsen   terugstoten   weergalmen   weerkaatsen   weerklinken   weerschallen   

3 definities op Encyclo
  • • [inerg] het opnieuw hoorbaar zijn van een geluid door weerkaatsing van de geluidsgolven. •tweede betekenisomschrijving. •enz.
  • 1) Schallen 2) Herhalen 3) Reflecteren 4) Resoneren 5) Terugstoten 6) Terugkaatsen 7) Nagalmen 8) Weerschallen 9) Stuiten 10) Weerklinken 11) Galmen 12) Nazeggen 13) Napraten 14) Naklinken 15) Weerkaatsen 16) Weergalmen
  • Echoën is nabauwen. [basiswoordenlijst groep 6]
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden eindigen op echoën:
na-echoën

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van echoën?
De verleden tijd van echoën is 'echode'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geëchood'.
Wat betekent echoën?
'(van geluid) door weerkaatsing steeds weer klinken'
Hoe spel je echoën?
echoën spel je E C H O E-umlaut N
Wat is een ander woord voor echoën?
Andere woorden voor echoën zijn galmen, herhalen, nabouwen, naklinken, napraten, nazeggen, reflecteren, resoneren, schallen, stuiten, terugkaatsen, terugstoten, weergalmen, weerkaatsen, weerklinken en weerschallen.

Op andere websites
Zoek echoën op Woordenlijst.org
Zoek echoën op Google
Zoek echoën op Wikipedia