bereiden

werkw.

Uitspraak:	[bəˈrɛidə(n)]
Afbreekpatroon:	be·rei·den
Vervoegingen:	bereidde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft bereid (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

klaarmaken

Voorbeeld:	`de avondmaaltijd bereiden`
iemand een verrassing bereiden	(iemand verrassen)
de weg voor je jongere zus bereiden	(zorgen dat zij het gemakkelijker krijgt dan jij)

aanmaken   aanwakkeren   beramen   bereiding   brouwen   gereed maken   gereedmaken   iets toebereiden   klaarmaken   opwinden   prepareren   prikkelen   toebereiden   toebereiding   verhitten   verzinnen   voorbereiden   

• • [ov] het klaarmaken van bijvoorbeeld een maaltijd.
• het zo maken dat het in orde is vb: hoe bereid je groentesoep? een warme maaltijd bereiden [een warme maaltijd klaarmaken] iemand een ontvangst bereiden [verwelkomen]
• 1) Zetten 2) Toebereiding 3) Voorbereiden 4) Klaarmaken 5) Aanwakkeren 6) Aanrichten 7) Aanrechten 8) Aanmaken 9) Gereedmaken 10) Toebereiden 11) Opwinden 12) Prepareren 13) Verhitten 14) Verzinnen 15) Beramen 16) Bereiding 17) Brouwen 18) Prikkelen
• klaarmaken

Toon uitgebreidere definities

• toebereiden• voorbereiden

bereiden (klaarmaken)

Schrijf je bereiden (`klaarmaken`) met ei of ij? Zie bereiden / berijden

Wat is de verleden tijd van bereiden?

De verleden tijd van bereiden is 'bereidde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft bereid'.

Wat betekent bereiden?

'klaarmaken'

Hoe spel je bereiden?

bereiden spel je B E R E I D E N

Wat is een ander woord voor bereiden?

Andere woorden voor bereiden zijn aanmaken, aanwakkeren, beramen, bereiding, brouwen, gereed maken, gereedmaken, iets toebereiden, klaarmaken, opwinden, prepareren, prikkelen, toebereiden, toebereiding, verhitten, verzinnen en voorbereiden.

Zoek bereiden op Woordenlijst.org
Zoek bereiden op Google
Zoek bereiden op Wikipedia