het beloop

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [bəˈlop]
Afbreekpatroon:  be·loop

iets op zijn beloop laten  (iets laten gebeuren zonder je ermee te bemoeien)
een krediet ten belope van tweeduizend euro  (een krediet voor een bedrag van tweeduizend euro)


Spreekwoorden en zegswijzen
• iets op zijn beloop laten (=iets gewoon maar verder laten gaan zonder dat je je ermee bemoeit, zonder dat je ingrijpt)
Naar de spreekwoorden

8 definities op Encyclo
  • Uit `De lagere vaktalen: Taal der bouwbedrijven` 1914 het beloop van de bogen: de wijdte.
  • 1.loop, plaats waar gelopen wordt Voorbeeld: ‘'s Winters kon zij beschikken over al de plaatsen van het ruime herenhuis; zij had er het beloop door de keuken, de tuinkamer’ Voorbeeld: ‘Ze hebben 't vrije beloop over heel het grondgebied der gemeente’ 2.veel lopen voor, veel te doen hebben voor, veel ...
  • • [economie] een bedrag. •talud, hellend vlak.
  • je er niet meer mee bemoeien vb: we zullen die ruzie nu maar op zijn beloop laten
  • 1) Schuinte van aardhopen 2) Gang van zaken 3) Keer 4) Vooruitgang 5) Talud 6) Ontwikkeling 7) Ontwikkelingsgang 8) Gang 9) Voortgang 10) Glooiing 11) Dossering 12) Helling van een dijk 13) Strekking 14) Evolutie 15) Helling 16) Bedrag 17) Verloop
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met beloop:
beloopbaar

Deze woorden eindigen op beloop:
ziektebeloop

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de beloop' of 'het beloop'?
Het is 'het beloop', want beloop is onzijdig. Als je het aanwijst is het 'dat beloop'.
Hoe spel je beloop?
beloop spel je B E L O O P

Op andere websites
Zoek beloop op Woordenlijst.org
Zoek beloop op Google
Zoek beloop op Wikipedia