afstellen

werkw.
Uitspraak:  [ˈɑfstɛlə(n)]
Afbreekpatroon:  af·stel·len
Vervoegingen:  stelde af (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft afgesteld (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

(iets) nauwkeurig instellen zodat het goed werkt
Voorbeelden:  `de remmen afstellen`,
`de verwarming zuiniger afstellen`


Synoniemen
afstemmen   bijstellen   configureren   inregelen   instellen   opgeven   regelen   

6 definities op Encyclo
  • afzetten, ontslaan (VD) - Voorbeeld: ‘De slechte abt werd afgesteld’
  • •regelbare parameters zo kiezen dat een toestel voor een bepaald doel gereed is.
  • (tunen) De activiteit die verantwoordelijk is dat bij het plannen van wijzigingen de middelen zo efficient mogelijk worden ingezet. Afstellen wordt meestal gebruikt in de context van IT-diensten en componenten. Afstellen is onderdeel van capaciteitsbeheer, waar ook prestatiebewaking en de implementatie van de...
  • 1) Tunen 2) Goed instellen 3) Stellen 4) Inregelen 5) Instellen 6) Regelen 7) Bijstellen 8) Afzien van 9) Opgeven 10) Afstemmen
  • Het ordenen of reguleren van iets, zodat het in een juiste staat of positie wordt gebracht of bedrijfsklaar wordt gemaakt. Categorie: Procédés en Technieken > procédés en technieken naar specifiek type.
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van afstellen?
De verleden tijd van afstellen is 'stelde af'. Het voltooid deelwoord is 'heeft afgesteld'.
Wat betekent afstellen?
'(iets) nauwkeurig instellen zodat het goed werkt'
Hoe spel je afstellen?
afstellen spel je A F S T E L L E N
Wat is een ander woord voor afstellen?
Andere woorden voor afstellen zijn afstemmen, bijstellen, configureren, inregelen, instellen, opgeven en regelen.

Op andere websites
Zoek afstellen op Woordenlijst.org
Zoek afstellen op Google
Zoek afstellen op Wikipedia