Eén spreekwoord bevat `zwier`
- aan de zwier zijn (=uitgaan, drinken)
17 dialectgezegden bevatten `zwier`
- a es op trok (=hij is op zwier) (Meers)
- den hòrt op (=op stap gaan, aan de zwier gaan) (Tilburgs)
- ij lot et brieëd hange (=grote zwier maken) (Diesters)
- ip skok goan / ip zwier goan (=op stap gaan) (Waregems)
- je zet e staptje in de weîreld (=hij gaat op zwier) (Kortemarks)
- jis up draoj (=hij is op zwier) (Kortemarks)
- mee ne zwier-la-fleur (=met veel zwier komen afgestapt) (Gents)
- oep zwier goan (=uitgaan) (Winksels)
- op schok goan (=op zwier gaan) (Kaprijks)
- Op schok goan (=Op zwier gaan) (Veurns)
- op schok goan (=op zwier gaan) (Gents)
- op zwier zijn (=café's bezoeken) (Lovendegems)
- opte zjoegel goên (=op zwier gaan) (Munsterbilzen - Minsters)
- opte zwadder (=op zwier) (Munsterbilzen - Minsters)
- tot koetnaach op zwier (=tot midden in de nacht op stap) (Munsterbilzen - Minsters)
- we zittn in de zeupe (=we zijn op zwier) (Lichtervelds)
- we zittn in de zeupe (=we zijn op zwier) (Kortemarks)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen