4 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `woon`
- doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. (=blijf vooral normaal doen)
- een krul meer in zijn staart hebben dan een gewoon mens (=zich een beetje aanstellen)
- lang genoeg in de kreupelstraat gewoond hebben (=lang genoeg in de problemen gezeten hebben)
- wie in een glazen huis woont moet niet met stenen gooien (=wie schuldig is, moet zich niet laten opmerken)
29 betekenissen bevatten `woon`
- door merg en been gaan/dringen/snijden (=buitengewoon kwetsend of doordringend zijn)
- zo lustig zijn als een vogeltje dat koe heet (=buitengewoon loom zijn)
- als een olifant in de porseleinkast (=buitengewoon onvoorzichtig of tactloos)
- die de minste tanden hebben, kauwen het meest (=de domste mensen voeren gewoonlijk het hoogste woord)
- eb en vloed wachten op niemand (=de tijd gaat gewoon door)
- een harde knoest heeft een scherpe bijl nodig (=een slechte gewoonte is moeilijk te verdringen)
- door de bank genomen (=gemiddeld; meestal; gewoonlijk)
- het is moeilijk de oude mens af te leggen. (=gewoonten zijn moeilijk af te leren)
- buig de boom als hij jong is (=goede gewoonten kunnen het beste al jong worden aangeleerd)
- het takje buigen als het nog jong is (=goede gewoonten leert men het beste op jonge leeftijd aan)
- het is bij de konijnen af (=het is buitengewoon erg)
- zo gaan er geen twaalf in een dozijn (=het is iets buitengewoons)
- de wereld draait door (=het leven gaat gewoon door, ondanks problemen.)
- er een handje van hebben (=hinderlijke gewoonte, als iemand de kans ergens toe ziet die ook nemen, een ander het werk laten doen)
- `s Lands wijs, `s lands eer (=ieder volk is gehecht aan zijn eigen gewoonten, hoewel anderen ze maar raar vinden)
- iets op zijn beloop laten (=iets gewoon maar verder laten gaan zonder dat je je ermee bemoeit, zonder dat je ingrijpt)
- geen profeet is in zijn (eigen) land geëerd (=in tegenstelling tot vreemden, zijn mensen uit je woonplaats minder bereid te luisteren)
- bezoek en vis blijven drie dagen fris (=je moet geen gasten te lang laten logeren want dan ga je je aan hun gewoonten ergeren)
- had je me gisteren gehuurd dan was ik vandaag je knecht geweest (=je moet zo niet commanderen - dat doe ik gewoon niet!)
- verstand op nul zetten (=niet nadenken en gewoon handelen.)
- aan de balk schrijven (=nota nemen van iets ongewoons)
- oude bokken hebben stijve horens (=oude mensen hebben vaak vaste gewoontes die maar moeilijk kunnen veranderen)
- de oude Adam afleggen. (=slechte gewoonten of gedrag achterlaten om positieve veranderingen aan te brengen.)
- gekroesd haar, gekroesde zinnen (=vreemdelingen hebben andere zeden en gewoonten)
- gekruld haar, gekrulde zinnen (=vreemdelingen hebben andere zeden en gewoonten)
- wie met honden omgaat, krijgt vlooien (=wie in slecht gezelschap verkeert, neemt slechte gewoonten over)
- wie met pek omgaat, wordt ermee besmet (=wie met slechte mensen omgaat neemt de gewoontes van die mensen over)
- een dak boven zijn hoofd hebben (=woonruimte hebben, onderdak hebben)
- de nieuwe mens aandoen (=zijn gewoonten en zeden verbeteren)
16 dialectgezegden bevatten `woon`
- 'k Kommn van d'n Oek en m'n moeder éet Lies. (=Ik woon in Hoek en mijn moeder heet Lies) (Oeks)
- 'Kweun opput Poowntju (=Ik woon in Poonhaven) (Zaamslags)
- haaj és kristes nog naut gewés met ze piëd (=ik woon in een uithoek van Munsterbilzen) (Munsterbilzen - Minsters)
- ich hem nog alted probleme, ich woen inne vloaners mer ich klap nog alted heusdes (=ik heb nog steeds problemen, ik woon in west-vlaanderen maar spreek nog steeds heusdens) (Heusdens)
- ich woen èn ë koet waaj Minster (=ik woon in een vies hol, zoals Munsterbilzen) (Munsterbilzen - Minsters)
- ik koom van ut kurvuls huuksku (=waar woon je in tilburg?) (Tilburgs)
- ik woe'en in bênaa waa ze kappe en snijn en mé de keurrewaage rijn.. (=ik woon in bonheiden waar ze kappen en snijden en met de kruiwagen rijden.) (Bonheidens)
- Ik woon in Boarschot (=Ik woon in een gat) (Tilburgs)
- ik woon in het twedde stroatje (=ik woon in de berndijk) (Kaatsheuvels)
- Ik wuen in Benaa, waa ze kappe en snaae en me de keurrewage raae (=Ik woon in Bonheiden, waar ze kappen en snijden en met de krijwagen rijden) (Bonheidens)
- k- woon-r rèùm krap (=ik woon er behoorlijk krap) (Tilburgs)
- K’zen van oele mor weun nie in Bxl (=Ik ben van olen maar woon nu in brussel) (olens)
- op t'roeme laand woon (=in het veld wonen) (Staphorsts)
- sjakkamakkabovenmisseboemerangekestuwenomdrooienvaaifstippestroat nummero dooit (=antwoord op waar woon je:) (Arendonks)
- waar zit je te wonen? (=waar woon je?) (Westlands)
- Woee kumpst tich van haer? (=Waar woon je?) (Weerts)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen