14 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `men de`
- aan de veren kent men de vogel (=aan het uiterlijk (verzorging/kleding) kun je zien met wat voor iemand je te maken hebt)
- aan de vruchten kent men de boom (=aan de nakomelingen kent men de ouders)
- als het huis volbouwd is breekt men de steigers af (=als het doel bereikt is, vergeet men de helpers)
- als het kalf verdronken is dempt men de put (=pas als het te laat is, neemt men maatregelen)
- als het tij verloopt verzet men de bakens (=men moet zich aan de omstandigheden aanpassen)
- bij het scheiden van de markt leert men de kooplui kennen (=iemands ware karakter blijkt pas als het erop aankomt)
- bij kleine lapjes leert men de hond leer eten. (=geleidelijk aan wen je zelfs aan de onmogelijkste dingen.)
- met een goed geloof en een kurken ziel drijft men de zee over (=met vertrouwen en optimisme kan men alles aan)
- met tijd en stond, gaat men de wereld rond. (=er is een juiste tijd is voor alles en sommige dingen hebben tijd nodig)
- om de kracht van het anker te voelen moet men de storm trotseren (=pas als men iets ernstig meemaakt, weet men op wie men kan vertrouwen)
- op de eerste april zendt men de gekken waar men wil (=op 1 april worden grappen uitgehaald)
- op het eind van de fuik vangt men de vis. (=de volhouder wint)
- van achteren kijkt men de koe in zijn gat (=achteraf is het makkelijk kritiek geven)
- zo vraagt men de boeren de kunst af (=zo verneem je hoe het moet)
8 betekenissen bevatten `men de`
- aan de vruchten kent men de boom (=aan de nakomelingen kent men de ouders)
- kies het minste van twee kwaden (=als er enkel slechte oplossingen zijn, kiest men de minst slechte)
- als het huis volbouwd is breekt men de steigers af (=als het doel bereikt is, vergeet men de helpers)
- dweilen met de kraan open (=geen kans op succes hebben, omdat men de symptomen bestrijdt zonder de oorzaak aan te pakken)
- hongerige luizen bijten scherp (=met de arme mensen heeft men de meeste last)
- het hart op de lippen hebben (=over zijn emoties durven praten - alles zeggen wat men denkt)
- het eindje draagt de last. (=pas aan het eind komen de problemen tevoorschijn)
- het is beter een andermans hemd dan geen (=wat men niet heeft kan men desnoods nog altijd lenen)
20 dialectgezegden bevatten `men de`
- an de vrucht'n kenst doe de boom (=aan de resultaten kent men de mensen) (Westerkwartiers)
- as 't kaalf verdronk'n is dempt men de put (=er moet eerst een ongeluk gebeuren eer men het euvel verhelpt) (Westerkwartiers)
- as 't tij verlopt, moet men de boak'ns verploats'n (=als iets anders gaat lopen, moet men het ook anders aanpakken) (Westerkwartiers)
- as de boer mij niet holl'n wil, zee de knecht, wil ik niet langer bliev'm (=als men de eer aan zichzelf wil houden) (Westerkwartiers)
- As de fles leeg is, zöt men de ziel. (=Dronken mensen leggen hun ziel bloot) (Drents)
- as t kalf verdreunkn is dempt ze de putte (=als het kalf verdronken is dempt men de put) (Twents)
- at kalf verdroenkn nis dempt men den put (=als het kalf verdronken is dempt men de pu) (Zeeuws)
- da krijgde de seskes van (=daar krijgt men de zenuwen van) (Booms)
- det is ein sjerkeukske (=letterlijk: koekje waarvoor men de laatste kliekjes bij elkaar doet om er nog wat van te bakken; figuurlijk: het jongste kindje uit een groot gezin, vaak een nakomertje.) (Heitsers)
- Ge kant mèn de tas likke! (=Je kan me wat!) (Liessents)
- het zal afkrapsel van muggepeutjes zen (=een mengeling waarvan men de samenstelling niet juist weet) (Ransts)
- in de zunne uut de wiend is' t woar da' me de luuszakken viend (=in de zon, uit de wind is het waar men de luiaards vindt) (Brugs)
- ineffest zens oant beirre (=hiernaast ledigd men de aalput) (Booms)
- Je ken mèn de bâht haggelûh (=Bekijk het maar) (Haags)
- Joa men hoondeke hiette gij bobieke (=Als men de stilte wil doorbreken of mijmeren) (Herentals)
- schipbreuk lied'n ien 't zicht van 'e hoav'm (=als men de eindstreep net niet haalt) (Westerkwartiers)
- skramoeljekaschken (=steegje waar men de asse dumpt) (Ninoofs)
- Spotteruusies willen nog wel ies braanden (=Het zal er je naar vergaan, wanneer men de spot heeft met iets of iemandmet iets) (Giethoorns)
- wat niet wiet, wat niet deert (=als men de wet niet kent, hoeft men zich daar ook niet aan te houden) (Westerkwartiers)
- witte wa da doa van oan es (weet ge wat daar van aan is) (=om zijn verontwaardiging te uiten bij een gerucht dat de ronde doet en wanneer men de waarheid kent) (Leefdaals)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen