Spreekwoorden met `de bocht`

Zoek

3 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `de bocht`

  1. de bocht achter/onder de arm houden (=extra voorzichtig zijn, iets nog niet garanderen. (een bocht houden in het touw dat je laat vieren))
  2. door de bocht gaan (=toegeven)
  3. kort door de bocht (=voorbarig, nuanceringen negerend. Voorbeeld: `De bewering dat fractiediscipline de democratie om zeep helpt is misschien wat te kort door de bocht.`)

Eén betekenis bevat `de bocht`

  1. kort door de bocht (=voorbarig, nuanceringen negerend. Voorbeeld: `De bewering dat fractiediscipline de democratie om zeep helpt is misschien wat te kort door de bocht.`)

4 dialectgezegden bevatten `de bocht`

  1. aske den bocht om gotj aske annendroé pakt (=als je de bocht om gaat) (Denderleeuws)
  2. de bocht inkorten (=ergens een einde aan maken, naar bed gaan) (Helders)
  3. Hij sjihzde wael mit 60 dur de bocht (=Hij reed wel erg hard) (Ewijk (Euiwwiks))
  4. Um d'r drieën (=Om de bocht) (Mechels (NL))


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen