Spreekwoorden met `buit`

Zoek

14 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `buit`

  1. buiten de kerf gaan (=als iets te ver gaat)
  2. buiten de schreef (=niet meer acceptabel)
  3. buiten de waard rekenen (=niet gerekend hebben op hoe anderen er werkelijk over denken)
  4. buiten hem om lopen (=hij heeft er geen invloed over)
  5. buiten iets kunnen. (=iets kunnen missen)
  6. buiten schot blijven (=niet worden aangetast)
  7. buiten spel blijven (=(willen) proberen niet betrokken te zijn)
  8. buiten westen (=bewusteloos)
  9. buiten zijn boekje gaan (=meer doen dan toegelaten)
  10. buiten zijn hoefslag gaan (=hij heeft er geen invloed over)
  11. buiten zijn rekening gaan. (=als het anders loopt dan verwacht)
  12. de bloemetjes buiten zetten (=uitbundig vieren)
  13. de vuile was buiten hangen (=over onaangename zaken spreken met buitenstaanders)
  14. met de benen buiten hangen (=gezegd als het erg druk is)

29 betekenissen bevatten `buit`

  1. de bastaard van de graaf wordt later bisschop (=alleen hoge heren kunnen hun buitenechtelijke kinderen een toekomst bieden)
  2. het is alle dagen visdag maar geen vangdag (=als de buit of vangst tegen valt)
  3. van zijn á propos (=buiten bewustzijn, groggy)
  4. zin noch wit hebben (=buiten jezelf zijn van woede)
  5. uit je dak gaan (=buiten zinnen raken)
  6. onder de mensen komen (=buitengaan , mensen ontmoeten)
  7. door merg en been gaan/dringen/snijden (=buitengewoon kwetsend of doordringend zijn)
  8. zo lustig zijn als een vogeltje dat koe heet (=buitengewoon loom zijn)
  9. als een olifant in de porseleinkast (=buitengewoon onvoorzichtig of tactloos)
  10. over de rooie gaan (=de perken te buiten gaan)
  11. een ijzer in het vuur hebben (=een plan hebben dat nog onbekend is voor de buitenwereld)
  12. een luchtje happen (=even buiten gaan wandelen)
  13. een luchtje scheppen (=even buiten gaan wandelen)
  14. op je duimpje kennen (=heel goed kennen, van buiten weten)
  15. het houdt geen rooi (=het gaat de perken te buiten)
  16. het is bij de konijnen af (=het is buitengewoon erg)
  17. zo gaan er geen twaalf in een dozijn (=het is iets buitengewoons)
  18. je laatste troef uitspelen (=het laatste wat iemand achter de hand had naar buiten brengen)
  19. de wijde wereld intrekken (=het verkennen van nieuwe plaatsen, ervaringen en mogelijkheden buiten het vertrouwde)
  20. het zwarte schaap van de familie (=iemand die een beetje buiten de familie staat qua gedrag)
  21. in den vreemde (=in het buitenland)
  22. een frisse neus halen (=naar buiten gaan)
  23. op den boer (=op den buiten)
  24. de vuile was buiten hangen (=over onaangename zaken spreken met buitenstaanders)
  25. de lachende derde (=persoon die buiten een conflict staat, maar profiteert van de uitkomst)
  26. een ridder van het lui paard zijn (=steeds smoesjes verzinnen en de schuld buiten jezelf leggen)
  27. op het gijpen liggen (=stervend of totaal buiten adem zijn)
  28. aan de weg timmeren (=veel activiteiten ontplooien en daarmee naar buiten treden om verandering en vernieuwing te bewerkstelligen)
  29. het erg bont maken (=zich al te fel te buiten gaan)

5 dialectgezegden bevatten `buit`

  1. 't es in de sakkosj (=da's voor mekaar / de buit is binnen) (Wichels)
  2. de dag niet priez'n veurdat 't oav'md is (=niet eerder blij zijn dan dat de buit binnen is) (Westerkwartiers)
  3. hij gijt met de winst striek'n (=hij gaat er met de buit vandoor) (Westerkwartiers)
  4. hij is boov'mjan (=hij heeft de buit binnen) (Westerkwartiers)
  5. wat ien 'e wacht sleep'm (=iets buit maken) (Westerkwartiers)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen