356 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `do`
- door de bomen het bos niet meer zien (=door alle details het overzicht verliezen)
- door de bril van een ander zien (=de mening van een ander blind vertrouwen)
- door de kajuitsramen aan boord komen (=onmiddellijk bevelhebber worden, zonder eerste ondergeschikte te zijn geweest)
- door de knieën gaan (=ergens met tegenzin mee akkoord gaan)
- door de mand vallen (=doorzien worden)
- door de mazen van het net glippen/kruipen (=op het nippertje ontsnappen)
- door de molen halen (=een zeer uitgebreide procedure doen ondergaan)
- door de neus boren (=iemand anders iets de mogelijkheid ontnemen)
- door de ouderdom wordt de wolf grijs. (=mildheid komt met de jaren)
- door de spitsroeden lopen. (=veel kritiek krijgen, gestraft worden)
- door de wol geverfd zijn (=brutaal , schaamteloos zijn)
- door de ziel gaan (=erg pijnlijk of verdrietig zijn)
- door de zure appel (heen)bijten (=het onaangename doen of over zich heen laten gaan)
- door dik en dun (=in goede en slechte tijden / alles overhebben voor iemand)
- door een donkere bril bekijken (=op een pessimistische manier bekijken)
- door een eiken plank kunnen zien als er een gat in zit (=niet zo bijzonder zijn als je je voordoet)
- door en door kennen (=precies weten hoe iemand is)
- door het behang gaan (=voor schut gezet worden)
- door het hennepen venster kijken (=opgehangen worden)
- door het ijs zakken (=niet aan de verwachtingen voldoen.)
- door het kluisgat aan boord komen (=de lagere rangen doorlopen alvorens bevelhebber te worden)
- door het lint gaan (=door woede je emoties niet (meer) onder controle kunnen houden)
- door het oog van de naald kruipen (=op het nippertje ontsnappen)
- door het verleden achtervolgd worden (=problemen of fouten van vroeger blijven invloed hebben.)
- door merg en been gaan (=hartverscheurend zijn)
- door merg en been gaan/dringen/snijden (=buitengewoon kwetsend of doordringend zijn)
- door schade en schande wordt men wijs (=een mens leert het beste van z`n fouten)
- door vragen wordt men wijs (=door het stellen van vragen kun je veel te weten komen en veel kennis opdoen)
- doorgaan tot het gaatje (=doorzetten tot het einde is bereikt)
- doorgestoken kaart (=er is heel duidelijk iets mis! Hier is getracht om iemand te laten geloven dat er bij toeval iets gebeurt, terwijl het in feite van tevoren gearrangeerd is)
- doorslaan als een blinde vink (=hoogst onlogisch redeneren)
- duizend doden sterven (=enorme angsten uitstaan)
- dun door de broek lopen. (=als iets niet mee zal vallen)
- een appeltje voor de dorst (=een reserve voor moeilijke tijden die mogelijk nog gaan komen)
- een blind paard zou er geen schade doen (=een armoedig interieur)
- een dood kind met een lam handje (=iets dat totaal waardeloos is)
- een dood paard aan een boom binden (=overdreven voorzichtig zijn)
- een doodgeboren kindje (=waardeloos, zonder toekomst)
- een doodshemd heeft geen zakken. (=je hebt niets aan je geld als je dood bent)
- een dooie boel. (=een saaie bedoening)
- een doorn in het oog zijn (=ergens aan ergeren)
- een doos van Pandora zijn (=een bron van problemen, ellende, ziekte en misère zijn)
- een dronkemansgebed doen (=het geld natellen (als het zo goed als op is))
- een duit in het zakje doen (=een kleine bijdrage leveren. (Historisch: de kleinst mogelijke gave in het collectezakje van de kerk).)
- een goed woord voor iemand doen (=iemand bij een ander aanbevelen)
- een harde dobber (zijn/worden) (=niet gemakkelijk (zijn/worden))
- een kat in het donker/nauw maakt rare sprongen (=in een benarde situatie doet men vreemde dingen)
- een Keulse reis doen (=heel lang wegblijven)
- een kind kan de was doen (=het gaat heel makkelijk)
- een klein lek doet een groot schip zinken (=een geringe onachtzaamheid kan tot grote schade leiden)
659 betekenissen bevatten `do`
- de kop in het zand steken (=doen alsof er geen gevaar dreigt en er niets aan doen)
- Oost-Indisch doof zijn (=doen alsof er niets gehoord wordt)
- iemand links laten liggen (=doen alsof iemand er niet is, niet bemoeien met iemand)
- je kop in het zand steken (=doen alsof iets (een probleem) er niet is)
- je ogen voor iets sluiten (=doen alsof iets er niet is)
- een hoge toon aanslaan (=doen alsof je het voor het zeggen hebt / luid en dwingend spreken)
- zwoerd achter je oren hebben. (=doen alsof je iets niet hoort.)
- doen alsof je neus bloedt (=doen alsof je van niets weet)
- je handen in onschuld wassen (=doen alsof men geen schuld heeft)
- je van de domme houden (=doen alsof men van niets weet)
- uit de lucht komen vallen (=doen alsof men van niets weet / erg plotseling en onverwacht)
- het rijk alleen hebben (=doen en laten wat je wil)
- de bezem uitsteken (=doen en laten wat men wil als de baas of leidinggevende er niet is)
- de ogen openen (=doen inzien)
- onder het oog brengen (=doen opmerken)
- de lever doen schudden (=doen schaterlachen)
- de koorts/stuipen op het lijf jagen (=doen schrikken)
- een beentje lichten (=doen struikelen (letterlijk of figuurlijk))
- met de wolven (in het bos) huilen (=doen wat de meerderheid doet)
- woord houden (=doen wat iemand beloofd heeft)
- je woord gestand doen (=doen wat iemand beloofd heeft)
- in het gevlij komen (=doen wat iemand graag ziet om in de gunst te komen)
- verkikkerd zijn (=dol zijn op iemand/iets of verliefd zijn op iemand)
- bot gegeten hebben (=dom geboren zijn en zo blijven)
- bij de mieren zijn (=dood)
- om een luchtje gaan (=dood gaan)
- de kraaienmars blazen (=dood gaan)
- de tol aan de natuur betalen (=dood gaan)
- het hoekje om gaan (=dood gaan)
- tegen de dood is geen kruid gewassen. (=doodgaan is onvermijdelijk)
- Pietje de dood maait altijd. (=doodgaan is onvermijdelijk)
- tegen de muur zetten (=doodschieten)
- het zwoerd/zwoord achter de oren hebben (=doof zijn)
- door de bomen het bos niet meer zien (=door alle details het overzicht verliezen)
- genadebrood eten (=door anderen onderhouden worden)
- je trekken thuis krijgen (=door anderen op dezelfde manier behandeld worden als je hun behandelde (bv met een streek))
- met een gouden hengel vissen (=door bedrog zijn doel halen)
- de wal keert het schip (=door beperkingen enigerlei niet verder kunnen)
- goed gereedschap is het halve werk (=door de juiste hulpmiddelen te gebruiken wordt het karwei snel geklaard)
- er geen touw aan vast kunnen knopen (=door de onduidelijkheid niet kunnen begrijpen wat er wordt bedoeld)
- in goede aarde vallen (=door de ontvanger goed ontvangen worden)
- recht praten wat krom is (=door een ingewikkelde, onjuiste redenering een onzuivere situatie, daad of besluit trachten van een rechtvaardiging te voorzien)
- een ongeluk zit in een klein hoekje (=door een kleine fout kunnen gemakkelijk erg nare ongelukken gebeuren)
- je achter de oren krabben (=door een onverwachte, zorgelijke ontwikkeling tot nadenken gestemd zijn)
- een zware pijp roken (=door eigen schuld in moeilijkheden komen)
- in de fuik lopen (=door eigen stommiteiten in een valstrik lopen)
- je uit de markt prijzen (=door eigen toedoen laten anderen diegene links liggen)
- een Babylonische spraakverwarring (=door elkaar spreken zonder naar elkaar te luisteren en elkaar niet verstaan)
- reageren met de voeten (=door ergens weg te gaan, weg te blijven of niet meer terug te keren, aangeven dat men niet tevreden is)
- gierigheid is de wortel van alle kwaad (=door gierigheid ontstaan er veel problemen en is er veel ellende in de wereld)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen