191 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `ang`
- het is altijd koekoek éénzang (=altijd hetzelfde verhaal vertellen of zelfde voorbeeld geven)
- het is geen aangenomen werk (=het hoeft niet noodzakelijk zo snel te gaan)
- het is zo lang als het breed is (=het blijft hetzelfde, hoe je het ook bekijkt)
- het zijn niet allen koks die lange messen dragen (=schijn bedriegt, je kunt je in mensen vergissen)
- het zwaard aangorden (=(zich klaarmaken om) de strijd aan (te) binden)
- hier niet zijn om vliegen te vangen (=niet gekomen om de tijd de verdoen)
- hoge bomen/masten vangen veel wind (=in een hoge positie heeft men ook veel verantwoordelijkheid)
- iemand aan zijn angel krijgen (=iemand in zijn macht krijgen)
- iemand een vlieg afvangen (=iemand te vlug af zijn)
- iemand iets aan de neus hangen (=iemand iets vertellen wat die beter niet kan weten)
- iemand in de tang nemen (=iemand zo vasthouden dat hij of zij niet kan ontsnappen. / Iemand in zijn macht hebben)
- iemand wel achter het behang kunnen plakken (=iemand heel vervelend vinden, waardoor je het liefst even helemaal niets meer met hem of haar te maken zou willen hebben)
- iets aan de grote klok hangen (=iets algemeen kenbaar maken)
- iets aan de klokreep hangen (=iets algemeen bekend maken)
- iets langs je (koude) kleren af laten glijden (=ergens niets van aan trekken)
- iets op de lange baan schuiven (=iets uitstellen)
- ijskoud zijn gang gaan (=zich nergens van aantrekken)
- ik ben geen uithangbord (=ik heb meer te doen, ik blijf niet wachten/zo staan)
- in de lucht hangen (=dreigen te gebeuren - onzeker zijn)
- in het gedrang komen (=met moeilijkheden te maken krijgen)
- in zulk water vangt men zulke vissen (=van dat slag volk mag men dat verwachten)
- in zulke vijvers vangt men zulke vissen (=van dat slag volk mag men dat verwachten)
- in zwang komen / raken (=iets wordt een modeverschijnsel)
- je huik naar de wind hangen (=zijn mening aanpassen naargelang de situatie)
- je kap over de haag hangen (=uittreden uit klooster of priesterschap)
- je maag wel aan de kapstok kunnen hangen. (=in moeilijke financiële omstandigheden verkeren waardoor men weinig eten kan kopen.)
- je moet geen goed geld achter slecht geld aangooien (=je moet geen geld besteden aan een zaak die niet meer in stand kan worden gehouden)
- je oren laten hangen (=depressief zijn, het opgeven)
- je tussen hangen en wurgen bevinden (=je in gevaarlijke en moeilijke omstandigheden bevinden)
- je weet nooit hoe een koe een haas vangt (=het kan altijd nog op onverwachte wijze tot een oplossing komen)
- keur baart angst. (=bang zijn om niet de goede keuze te maken door een teveel aan opties)
- kort aangebonden (=weinig zeggend, onvriendelijk)
- kortaangebonden zijn (=snel boos zijn)
- korte afrekening maakt lange vriendschap (=snel terugbetalen (teruggeven) voorkomt ruzie)
- korte rekeningen maken lange vriendschappen. (=financiële geschillen moet je direct oplossen)
- krakende wagens lopen/rijden het langst (=nieuw hoeft niet altijd beter te zijn / mensen die vaak ziek zijn worden vaak toch heel oud)
- kromme gangen gaan (=omwegen maken, oneerlijk zijn)
- lang genoeg in de kreupelstraat gewoond hebben (=lang genoeg in de problemen gezeten hebben)
- lang vasten is geen brood sparen. (=honger lijden is niet hetzelfde als geld besparen)
- lange tenen hebben (=lichtgeraakt zijn)
- lange vingers hebben (=veelvuldig stelen)
- langzaam aan, dan breekt het lijntje niet (=je kunt beter rustig doorwerken, dan kan er het minste fout gaat)
- lekker is maar één vinger lang (=oppervlakkige genoegens geven ook maar een betrekkelijke voldoening. / leuke dingen duren meestal maar erg kort)
- liefde is waar de geldbuidel hangt (=liefde is te koop)
- men vangt meer vliegen met honing/stroop dan met azijn (=door vriendelijk te zijn bereik je meer bij iemand dan met lelijke woorden)
- met de benen buiten hangen (=gezegd als het erg druk is)
- met een rode letter aangetekend staan (=duidelijk vermeld , zodanig dat het zeker niet vergeten wordt)
- met een zwarte kool aangetekend staan (=ongunstig bekend staan)
- met hangende pootjes thuiskomen (=bewust van schuld (thuis)komen / zeer tegen zijn zin)
- met lange tanden eten (=met tegenzin eten)
260 betekenissen bevatten `ang`
- het is nog ver van zingen (=het is nog lang niet in orde)
- in iemands kielzog varen (=het net zo doen als iemands voorganger)
- door de zure appel (heen)bijten (=het onaangename doen of over zich heen laten gaan)
- een kort liedje is gauw gezongen (=het onaangename gaat snel genoeg voorbij)
- het hoge woord is er uit (=het onaangename is gezegd)
- het harde woord moet eruit (=het onaangename moet gezegd worden)
- de maat is vol (=het wordt niet langer getolereerd)
- naar water snakken als een vis (=hevig verlangen naar iets)
- jong geleerd is oud gedaan (=hoe eerder men iets leert, des te langer de vaardigheid zal blijven)
- zo lang er leven is, is er hoop (=hoe slecht het ook staat, zolang nog niet alles verloren is, kan alles nog goed komen)
- van hoop alleen kan men niet leven. (=hoop is belangrijk maar niet voldoende om te slagen in het leven)
- een zak zout met iemand gegeten hebben (=iemand al lang kennen)
- een held op sokken (=iemand die zich dapper voordoet, maar in werkelijkheid niets durft. Een bangerik)
- iemand de stuipen op het lijf jagen (=iemand erg laten schrikken en/of bang maken)
- iemand de handschoen toewerpen (=iemand ergens toe uitdagen of met iemand de strijd willen aangaan)
- een sigaar uit eigen doos presenteren (=iemand iets aanbieden dat in feite door de ontvanger zelf is betaald)
- iemand met de neus op de feiten drukken (=iemand iets zó onder de aandacht brengen, dat hij het niet langer kan negeren)
- de handen van iemand aftrekken (=iemand niet langer steunen)
- je handen van iemand aftrekken (=iemand niet langer steunen)
- iemand belet geven (=iemand niet ontvangen)
- leven en laten leven (=iemand of iets z`n gang laten gaan en niet mee bemoeien)
- een hoge Piet (=iemand van hogere rang of stand)
- iemand uit kuieren sturen (=iemand wandelen sturen - niet geven wat hij verlangt)
- iemand de vrije teugel laten. (=iemand zijn eigen gang laten gaan)
- van eeuwigheid tot amen duren (=iets duurt heel erg lang, er komt maar geen einde aan)
- er je eigen plasje overheen doen (=iets een beetje veranderen zodat helemaal naar je zin is. In werksituaties kan dit soms uit de hand lopen, als er veel belanghebbers zijn die allemaal hun eigen plasje over een document willen doen. Het kan dan resulteren in een onleesbare tekst.)
- een stofje aan een weegschaal zijn (=iets erg onbelangrijks zijn)
- de langste adem hebben (=iets het langst volhouden)
- een gevoelige snaar raken (=iets ligt erg gevoelig bij iemand, belangstelling hebben voor een bepaald onderwerp en iemand die dan aandacht heeft ervoor)
- tabak van iets hebben (=iets niet langer willen)
- een koopje leveren (=iets onaangenaams doen)
- op je dak krijgen (=iets onaangenaams krijgen)
- een potje te vuur hebben staan (=iets onaangenaams te verwachten hebben)
- uitstel van executie (=iets onaangenaams wordt tijdelijk uitgesteld Later gaat dit toch nog gebeuren)
- er niet om malen (=iets onbelangrijk vinden)
- geen oortje kunnen schelen. (=iets onbelangrijk vinden (oortje = ± een halve cent))
- rozen op het pad strooien. (=iets veraangenamen.)
- dat is een rijkeluiswens (=iets waar heel erg naar wordt verlangd)
- het warm water (her)uitvinden (=iets wat reeds lang bekend is, presenteren alsof het een originele innovatie is. (Niet verwarren met `het wiel opnieuw uitvinden`))
- een onzevader bidden in alle kapelletjes (=in alle cafés langsgaan)
- in echec houden (=in bedwang houden)
- de kast indraaien. (=in de gevangenis komen.)
- met het mes in de buik zitten (=in grote angst verkeren)
- in geen tijden (=in lange tijd)
- er is geen rooi mee te schieten (=je kan er niets mee aanvangen)
- er is geen land met hem te bezeilen (=je kan met hem niets aanvangen, omdat hij niet wil meewerken)
- een slak op de goede weg, wint het van een haas op de verkeerde weg (=je kunt beter iets langzaam en goed doen, dan snel en niet goed)
- wie pleit om een paard, behoudt de staart. (=je kunt beter wat toegeven, dan het tot een duur en langslepende kwestie te laten komen)
- geef een man een vis dan heeft hij die dag te eten (=je kunt iemand beter leren vissen dan heeft hij z`n leven lang vis te eten)
- gasten en vis blijven maar drie dagen fris. (=je moet als gast niet te lang blijven.)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen