51 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `lev`
- zolang er leven is, is er hoop (=er is altijd hoop, dus geef nooit op!)
90 betekenissen bevatten `lev`
- iets met de moedermelk binnenkrijgen (=iets leren in de eerste levensjaren)
- in een glazen huis wonen (=iets op zijn kerfstok hebben / geen privéleven hebben)
- in het aanzijn roepen (=in het leven roepen)
- onder de vijgenboom rusten (=in rust en welstand leven)
- van Lillo komen (=je dom houden. Volgens de overlevering vindt dit gezegde zijn oorsprong in het (ontkennende) gedrag van de inwoners van Fort Lillo na een aan hen toegeschreven roofoverval op een boerderij te Waarde in 1579)
- geef een man een vis dan heeft hij die dag te eten (=je kunt iemand beter leren vissen dan heeft hij z`n leven lang vis te eten)
- de tering naar de nering zetten (=leven met de middelen die men heeft)
- op je vet teren (=leven van gespaard geld)
- niet bij brood alleen leven (=men heeft meer nodig dan alleen eten om te kunnen leven)
- met iemand breken (=met iemand niet meer verder werken, leven)
- alle havens schutten geen wind (=niet alles levert een voordeel op)
- op rechte wegen gaan (=niet zondig leven)
- er de dood in de pot zijn (=niets te beleven zijn)
- leven uit de korf zonder zorg (=onbekommerd leven)
- plak en gard ontwassen zijn (=ook zonder begeleiding wel kunnen leven)
- een oude zwaluw weet haar nest. (=oude mensen hebben veel levenservaring.)
- eerst komt het eten dan de moraal. (=overleven is belangrijker dan het volgen van regels.)
- geen olie meer in de lamp hebben (=platzak zijn - levensmoe (of ernstig ziek))
- liever te dik in de kist dan een feestje gemist (=plezier hebben is belangrijker dan lang leven)
- met los kruit schieten (=schijnbaar streng straffen met een straf die in feite geen nadeel oplevert)
- je moet een paard niet doodknuppelen, voordat je thuis bent. (=te veel haast kan wel eens vertraging opleveren)
- leven als een vis in het water (=totaal tevreden en onbekommerd leven)
- van liefde rookt de schoorsteen niet (=van de liefde alleen kan je niet leven)
- liever brood in de zak, dan een pluim op de hoed (=van eer kan men niet leven)
- je schaapjes geschoren hebben (=van zijn rente kunnen leven)
- voor galg en rad opgroeien (=vanaf de jeugd een levenspad volgen dat later waarschijnlijk naar criminaliteit leidt)
- vele kleintjes maken een grote (=veel kleine stukjes leveren uiteindelijk ook een geheel op)
- de meeste aardappelen al gegeten hebben (=veel meegemaakt hebben, al lang leven)
- vroeger, toen kraaiden de hanen nog. Tegenwoordig gapen ze alleen nog maar, zei de dove (=veranderingen in een situatie zijn vaak niet feitelijk, maar een subjectieve beleving)
- leef niet om te eten maar eet om te leven (=vergeet niet om ook plezier te maken in het leven)
- kwaad gezelschap doet dolen. (=vermijdt omgang met mensen die een negatieve invloed op je leven kunnen hebben)
- om de dooie dood niet (=volstrekt niet, in geen geval, al kost het me mijn leven)
- op ieder potje past wel een dekseltje (=voor iedereen bestaat er een geschikte levenspartner)
- geen pot zo scheef of er past een deksel op (=voor iedereen is wel een levenspartner te vinden)
- eten en drinken is geen beroep / ambacht. (=werken is noodzakelijk om te kunnen leven.)
- de koe van de pastoor eet iedere dag mals gras (=wie trouw is aan machtige mensen, heeft een heerlijk leven)
- een vette keuken een mager testament (=wie veel uitgeeft tijdens het leven, laat weinig na)
- god noch gebod vrezen (=zich nergens iets van aantrekken - een misdadig leven leiden)
- een rare schaats rijden (=zich raar aanstellen, lichtzinnig leven)
- de troffel in de kalkbak gooien (=zijn beroep opgeven en van zijn rente gaan leven)
Bronnen
De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers.
Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.
Zie ook:
- vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
- Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen