uitlokken

werkw.

Uitspraak:	['œytlɔkə(n)]
Afbreekpatroon:	uit·lok·ken
Vervoegingen:	lokte uit (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft uitgelokt (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

(iemand) ertoe brengen om iets te doen

Voorbeelden:

`een reactie uitlokken`, `Agressief gedrag lokt geweld uit.`

aanleiding geven tot   ophitsen   provoceren   teweegbrengen   uitdagen   verleiden   

Uitdrukkingen die uitlokken betekenen (waarin het woord zelf niet voorkomt):
de kat op het spek binden;

• er door je gedrag voor zorgen dat het gebeurt vb: je hebt die straf zelf uitgelokt
• 1) Verlokken 2) Uitdagen 3) Teweegbrengen 4) Tarten 5) Verleiden tot 6) Verleiden 7) Ophitsen 8) Noden 9) Aanleiding geven tot 10) Provoceren
• strafrecht: een ander aanzetten tot het plegen van een strafbaar feit;het door giften, beloften, misbruik van gezag, geweld, ...

Toon uitgebreidere definities

Waar komt iemand uit zijn tent lokken vandaan? Zie Iemand uit zijn tent lokken

Wat is de verleden tijd van uitlokken?

De verleden tijd van uitlokken is 'lokte uit'. Het voltooid deelwoord is 'heeft uitgelokt'.

Wat betekent uitlokken?

'(iemand) ertoe brengen om iets te doen'

Hoe spel je uitlokken?

uitlokken spel je U I T L O K K E N

Wat is een ander woord voor uitlokken?

Andere woorden voor uitlokken zijn aanleiding geven tot, ophitsen, provoceren, teweegbrengen, uitdagen en verleiden.

Zoek uitlokken op Woordenlijst.org
Zoek uitlokken op Google
Zoek uitlokken op Wikipedia