tweetalig
bijv.naamw.
| Uitspraak: | [tweˈtaləx] |
| Afbreekpatroon: | twee·ta·lig |
1) (van iemand) twee talen sprekend | Voorbeeld: | `Door zijn Franse vader en Nederlandse moeder is hij volledig tweetalig.` | |
2) in twee talen opgesteld of gegeven | Voorbeeld: | `tweetalig onderwijs` | |
4 definities op Encyclo
- 1) Bilinguaal 2) In twee talen gesteld 3) Twee talen spreken
- Een persoon die twee talen beheerst.
- Tweetalig betekent dat een bepaald persoon twee talen spreekt als moedertaal . ( Het meisje was tweetalig opgevoed; ze sprak zowel Nederlands als Engels . ) [basiswoordenlijst groep 7]
- Verwijst naar schilders van oude Griekse vazen die zowel rood- als zwartfigurig schilderden. De term verwijst ook naar vaatwerk waarop zowel rood- als zwartfigurige technieken zijn te zien. De tweetalige stijl manifesteerde zich een korte tijd tijdens de laat-archaïsche periode in de derde en vierde decennia...
Toon uitgebreidere definitiesDeze woorden beginnen met tweetalig:
•
tweetaligheid•
tweetaligheidsvoordeelTaaladvies
Wat is juist:
eentalig of
ééntalig?
Zie eentalig / ééntaligVraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat betekent tweetalig?
'(van iemand) twee talen sprekend' en 'in twee talen opgesteld of gegeven'
Hoe spel je tweetalig?
tweetalig spel je T W E E T A L I G Op andere websites
Zoek
tweetalig op Woordenlijst.org
Zoek
tweetalig op Google
Zoek
tweetalig op Wikipedia