thuisbezorgen

werkw.
Uitspraak:  [ˈtœysbəzɔrxə(n)]
Afbreekpatroon:  thuis·be·zor·gen
Vervoegingen:  bezorgde thuis (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft thuisbezorgd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

bij iemand aan huis bezorgen
Voorbeeld:  `een pizza laten thuisbezorgen`


Synoniemen
afgeven   afleveren   bestellen   bezorgen   brengen   overhandigen   rondbrengen   

2 definities op Encyclo
  • • [ditr] afleveren aan huis.
  • 1) Afleveren 2) Brengen 3) Overhandigen 4) Rondbrengen 5) Bestellen 6) Afgeven
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van thuisbezorgen?
De verleden tijd van thuisbezorgen is 'bezorgde thuis'. Het voltooid deelwoord is 'heeft thuisbezorgd'.
Wat betekent thuisbezorgen?
'bij iemand aan huis bezorgen'
Hoe spel je thuisbezorgen?
thuisbezorgen spel je T H U I S B E Z O R G E N
Wat is een ander woord voor thuisbezorgen?
Andere woorden voor thuisbezorgen zijn afgeven, afleveren, bestellen, bezorgen, brengen, overhandigen en rondbrengen.

Op andere websites
Zoek thuisbezorgen op Woordenlijst.org
Zoek thuisbezorgen op Google
Zoek thuisbezorgen op Wikipedia