sparen

werkw.
Uitspraak:  [ˈsparə(n)]
Afbreekpatroon:  spa·ren
Vervoegingen:  spaarde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gespaard (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) (geld) niet uitgeven en bewaren voor later
Voorbeeld:  `elke maand 100 euro sparen`

2) zuinig zijn met of voorzichtig omgaan met (iets of iemand)
Voorbeelden:  `met een spaarlamp stroom sparen`,
`je krachten sparen`,
`iemand sparen en met rust laten, omdat hij problemen heeft`

3) verzamelen
Voorbeelden:  `Spaart u zegeltjes?`,
`bierviltjes sparen`


Synoniemen
behoeden   besparen   bewaren   bijeenzamelen   collectioneren   in acht nemen   ontzien   op bankrekening zetten   opeenhopen   oppotten   vergaren   verschonen   verzamelen   besteden (antoniem)   uitgeven (antoniem)   

Spreekwoorden en zegswijzen
• je kan niet de kool en de geit sparen (=je moet keuzes maken)
• iets uit zijn mond sparen (=iets niet opeten)
• de leer veroordelen maar de leraar sparen (=de wortel van het probleem niet aanpakken)
• de kool en de geit sparen (=een oplossing vinden waar beide partijen tevreden mee kunnen zijn)
Naar de spreekwoorden

14 definities op Encyclo
  • •geld niet uitgeven. •iets verzamelen. •ontzien, niet straffen of geweld aandoen. (+audio)
  • bewaren en niet uitgeven vb: hij heeft geld gespaard voor een skelter Synoniem: wegleggen zuinig of voorzichtig met iets iemand zijn vb: hij spaart zijn broertje niet met zijn gepest er een verzameling van aanleggen vb: zij spaart suikerzakjes
  • 1) Verzamelen 2) Verschonen 3) Vergaren 4) Bijeenzamelen 5) Bijeengaren 6) Inzamelen 7) Besparen 8) Uitzuinigen 9) Wegleggen 10) Potten 11) Geld terzijde leggen 12) Geld opzijleggen 13) Geld opzij leggen 14) Geld garen 15) Geld bewaren 16) Behoeden 17) Bewaren 18) Bezuinigen 19) Samengaren 20) Opzijleggen
  • bewaren
  • bewaren Jaar van herkomst: 1240 (Bern. )
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden eindigen op sparen:
besparenuitsparenwoonsparenlangetermijnsparenbijeensparen

Herkomst volgens etymologiebank.nl
sparen (ontzien, zuinig omgaan met, bewaren)

Taaladvies
Waar komt de uitdrukking de kool en de geit sparen vandaan? Zie De kool en de geit sparen

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van sparen?
De verleden tijd van sparen is 'spaarde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gespaard'.
Wat betekent sparen?
'(geld) niet uitgeven en bewaren voor later' en 'zuinig zijn met of voorzichtig omgaan met (iets of iemand)' en 'verzamelen'
Hoe spel je sparen?
sparen spel je S P A R E N
Wat is een ander woord voor sparen?
Andere woorden voor sparen zijn behoeden, besparen, bewaren, bijeenzamelen, collectioneren, in acht nemen, ontzien, op bankrekening zetten, opeenhopen, oppotten, vergaren, verschonen en verzamelen.
Wat is het tegenovergestelde van sparen?
Antoniemen van sparen zijn besteden en uitgeven.

Op andere websites
Zoek sparen op Woordenlijst.org
Zoek sparen op Google
Zoek sparen op Wikipedia