soepel

bijv.naamw.
Uitspraak:  [ˈsupəl]
Afbreekpatroon:  soe·pel

1) als je iets makkelijk kunt buigen of bewegen
Voorbeelden:  `soepele spieren`,
`schoenen van soepel leer`
Antoniemen:  stijf, stug
Synoniem:  buigzaam

2) als iets makkelijk gebeurt
Voorbeeld:  `een soepele afschaffing van de hypotheekrenteaftrek`

3) als iemand zich makkelijk aanpast aan anderen of de situatie, of als iets daar blijk van geeft
Voorbeelden:  `je soepel opstellen`,
`een soepele toepassing van de regels`
Synoniem:  flexibel


Synoniemen
buigbaar   buigzaam   diplomatiek   flexibel   gedwee   gemakkelijk   genadig   Geschikt   gesmeerd   gewillig   handig   inschikkelijk   lenig   licht   meegaand   tactvol   toegeeflijk   toegevend   stug (antoniem)   

Intensiveringen
Uitdrukkingen die soepel betekenen (waarin het woord zelf niet voorkomt):
gaan als een banaan; lopen als een zonnetje; werken als een zonnetje;

10 definities op Encyclo
  • Uit `De lagere vaktalen: De tabakbewerkerstaal` 1914 door vochten zacht genoeg voor 't kerven.
  • •gemakkelijk buigend en zich aanpassend. •"overdrachtelijk": weinig problemen ondervindend. •tweede betekenisomschrijving.
  • je kunt het buigen en van vorm veranderen vb: rubber is een soepel materiaal Synoniem: flexibel Tegenstelling: stug gemakkelijk, niet streng vb: de regels hier op school zijn soepel Tegenstellingen: streng onverbiddelijk
  • 1) Zeer buigzaam 2) Inschikkelijk 3) Toegevend 4) Zeer plooibaar 5) Zemig 6) Rekbaar 7) Beweeglijk 8) Rekkelijk 9) Op rolletjes 10) Volgzaam 11) Gewillig 12) Toegeeflijk 13) Lichtvoetig 14) Licht 15) Zacht en buigzaam 16) Gedwee 17) Gemakkelijk 18) Buigzaam 19) Genadig 20) Gesmeerd 21) Wendbaar 22) Meegaand
  • buigzaam
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met soepel:
soepelheid

Herkomst volgens etymologiebank.nl
soepel (buigzaam; meegaand)

Taaladvies
  1. Wordt deze samenstelling aaneen geschreven, of komt er een spatie tussen? Zie soepelvallende jurk / soepel vallende jurk
  2. Wat is het verschil tussen een soepeler norm en een soepelere norm? Zie een soepeler norm / een soepelere norm
  3. Waar komt de uitdrukking `Het loopt als een tiet` vandaan? Zie Het loopt als een tiet


Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat betekent soepel?
'als je iets makkelijk kunt buigen of bewegen' en 'als iets makkelijk gebeurt' en 'als iemand zich makkelijk aanpast aan anderen of de situatie, of als iets daar blijk van geeft'
Hoe spel je soepel?
soepel spel je S O E P E L
Wat is een ander woord voor soepel?
Andere woorden voor soepel zijn buigbaar, buigzaam, diplomatiek, flexibel, gedwee, gemakkelijk, genadig, Geschikt, gesmeerd, gewillig, handig, inschikkelijk, lenig, licht, meegaand, tactvol, toegeeflijk en toegevend.
Wat is het tegenovergestelde van soepel?
Een antoniem van soepel is stug.

Op andere websites
Zoek soepel op Woordenlijst.org
Zoek soepel op Google
Zoek soepel op Wikipedia