openhouden

werkw.
Uitspraak:  ['opə(n)hɑudə(n)]
Afbreekpatroon:  open·hou·den
Vervoegingen:  hield open (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft opengehouden (volt.deelw.)

nog niet afsluiten, ervoor zorgen dat iets open blijft
Voorbeeld:  `de deur openhouden`
Die kwestie houden we nog even open.  (Later nemen we een beslissing.)


Synoniemen
vrijhouden   

Spreekwoorden en zegswijzen
• een achterdeurtje openhouden (=een redmiddel in nood houden)
Naar de spreekwoorden

1 definitie op Encyclo
  • 1) Vrijhouden
Toon uitgebreidere definities

Taaladvies
(een winkel -) Is een winkel openhouden in de betekenis van `een winkel houden` correct? Zie Openhouden / houden / hebben

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van openhouden?
De verleden tijd van openhouden is 'hield open'. Het voltooid deelwoord is 'heeft opengehouden'.
Wat betekent openhouden?
'nog niet afsluiten, ervoor zorgen dat iets open blijft'
Hoe spel je openhouden?
openhouden spel je O P E N H O U D E N
Wat is een ander woord voor openhouden?
Een ander woord openhouden is vrijhouden.

Op andere websites
Zoek openhouden op Woordenlijst.org
Zoek openhouden op Google
Zoek openhouden op Wikipedia