glaceren

werkw.

Uitspraak:	[xlɑ'serə(n)]
Afbreekpatroon:	gla·ce·ren
Vervoegingen:	glaceerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft geglaceerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

een glanzende, doorzichtige laag aanbrengen op

Voorbeelden:

`een schilderij glaceren met sterk verdunde acrylverf, die als een doorzichtig laagje opdroogt`,
`Je kunt vlees, vis en groenten glaceren.`

19 definities op Encyclo

Een gerecht laten kleuren in de oven of onder salamander. Of speciale kookwijze van groenten, of glans geven aan een gebak. https://www.kokswereld.nl/content-culinairwoordenboek.html
Het aanbrengen van een glanzend laagje op gerechten ter verfraaiing en om uitdrogen te voorkomen Dit kan met gelei (aspic), gesmolten boter, glazuur of jam (voor gebak)
1) Blinkend maken 2) Met een laag suiker bekleden 3) Keukenterm 4) Glanzend maken 5) Gerechten van een glanslaag voorzien 6) Bereidingswijze
Aanbrengen van een transparant(e) (gekleurde) laag.
De term is van toepassing voor een aantal bewerkingen:

Herkomst volgens etymologiebank.nl

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

De verleden tijd van glaceren is 'glaceerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geglaceerd'.

'een glanzende, doorzichtige laag aanbrengen op'

glaceren spel je G L A C E R E N

Op andere websites

Recentelijk gezocht