de façade

zelfst.naamw. (v.)

Uitspraak:	[fa'sadə]
Afbreekpatroon:	fa·ça·de
Verbuigingen:	façaden, façades (meerv.)
Verbuigingen:	façadetje (verkleinwoord)

1) gevel (van een gebouw)

Voorbeeld:

`werken aan de façade van de eerste etage`

2) uiterlijk of houding waarmee je iets wilt verbergen

Voorbeeld:

`Ze verbergt haar onzekerheid achter een façade van zelfverzekerdheid.`

dekmantel   pui   schijnvertoning   vooraanzicht   

• •de zichtbare buitenmuur van een gebouw, specifiek die aan de voorkant. • [dysfemisme] het gezicht. •valse schijn.
• Let op: Spelling van 1858 Fr., voorgevel, voorzijde, front van een gebouw
• [bouwkunde] Voorgevel, front van een gebouw, meestal naar de straatkant gekeerd. Door versiering opvallender dan de achterzijde.
• [ architectonische termen] In de oorspronkelijke betekenis is een façade de voornaamste gevel van een gebouw en zodoende in de meeste gevallen de voorgevel. De architectonisch uitgewerkte en versierde façade zet de toon voor het uiterlijk van het gehele gebouw. Tegenwoordig wordt...
• 1) Bedrieglijk voorkomen 2) Uiterlijke schijn 3) Voorzijde

Toon uitgebreidere definities

façade (voorgevel van een gebouw)

Is het 'de façade' of 'het façade'?

Het is 'de façade', want façade is vrouwelijk. Als je het aanwijst is het 'die façade'.

Wat is het meervoud van façade?

Het meervoud van façade is 'façaden' maar ook 'façades'.

Wat betekent façade?

'gevel (van een gebouw)' en 'uiterlijk of houding waarmee je iets wilt verbergen'

Hoe spel je façade?

façade spel je F A C-cedille A D E

Wat is een ander woord voor façade?

Andere woorden voor façade zijn dekmantel, pui, schijnvertoning en vooraanzicht.

Zoek façade op Woordenlijst.org
Zoek façade op Google
Zoek façade op Wikipedia