de buurtbewoner

zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak:  ['byrtbəwonər]
Afbreekpatroon:  buurt·be·wo·ner
Verbuigingen:  buurtbewoners (meerv.)

de buurtbe|woonster

zelfst.naamw.
Uitspraak:  ['byrtbə|wonstər]
Afbreekpatroon:  buurt·be·wo·ner
Verbuigingen:  buurtbewoonsters (meerv.)

iemand die in een bepaalde buurt of wijk woont
Voorbeelden:  `De buurtbewoners organiseren een straatfeest.`,
`protesterende buurtbewoners`


1 definitie op Encyclo
  • iemand die in een bepaalde buurt woont; bewoner van een buurt
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de buurtbewoner' of 'het buurtbewoner'?
Het is 'de buurtbewoner', want buurtbewoner is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die buurtbewoner'.
Wat is het meervoud van buurtbewoner?
Het meervoud van buurtbewoner is 'buurtbewoners'. Eén buurtbewoner, twee buurtbewoners.
Wat betekent buurtbe|woonster?
'iemand die in een bepaalde buurt of wijk woont'
Hoe spel je buurtbe|woonster?
buurtbe|woonster spel je B U U R T B E Hoofdletter-| W O O N S T E R

Op andere websites
Zoek buurtbewoner op Woordenlijst.org
Zoek buurtbewoner op Google
Zoek buurtbewoner op Wikipedia